Eerder berichtten wij op onze website over de activiteit Verenigd in Diversiteit, mede georganiseerd door de Nederlands-Joodse studentenvereniging IJAR. Deze activiteit die afgelopen woensdag zou plaatsvinden is uiteindelijk geannuleerd, nadat de Joodse studentenorganisatie zich had teruggetrokken uit de organisatie. Reden: De Turkse studentenvereniging Anatolia, een van de organisatoren, ontkent de Armeense genocide.
Afgelopen week was een drukke periode voor het bestuur van IJAR. Nadat leden van IJAR erachter kwamen dat hun vereniging samenwerkt met een organisatie die de Armeense holocaust ontkent, besloten een aantal leden in actie te komen en druk uit te oefenen richting het bestuur van IJAR om zich terug te trekken. Een van de personen in de achterban van IJAR, die bij deze actie betrokken was, is een Koerdisch-Aramees meisje wiens familie overlevenden zijn van de Armeense genocide.
Uit navraag van joods.nl bij het bestuur van IJAR blijken er diverse gesprekken te hebben plaatsgevonden tussen de Joodse en Turkse studentenvereniging. Ook uit deze gesprekken bleek dat de Turken de Armeense genocide stelselmatig niet willen erkennen en daarom heeft het bestuur zich genoodzaakt gevoeld om zich definitief terug te trekken.
De strijd tegen de ontkenning van de Armeense genocide is een steeds groter wordend onderwerp in Joodse gemeenschappen wereldwijd, die zich verbonden voelen met de Armeniërs vanwege de eigen geschiedenis als slachtoffer van genocide. De Armeense genocide wordt gezien als een van de eerste moderne genocides, omdat geleerden wijzen op de georganiseerde wijze waarop de moorden op de Armeniërs werden uitgevoerd en het is de tweede meest bestudeerde geval van genocide na de Holocaust. De volkerenmoord heeft plaatsgevonden in 1915 en heeft tussen de 1 en 1,5 miljoen mensen op brute wijze het leven gekost.
Lees verder: Armenen teleurgesteld in Minister-President Rutte