De president van de Palestijnse Autoriteit Mahmoud Abbas en minister van Defensie Benny Gantz hebben elkaar zondagavond in Ramallah ontmoet tijdens de eerste gesprekken op hoog niveau in meer dan tien jaar.
De twee bespraken kwesties met betrekking tot veiligheid, diplomatie, economie en burgerlijke zaken.
De gesprekken vonden plaats nadat premier Naftali Bennett was teruggekeerd uit Washington na een ontmoeting met de Amerikaanse president Joe Biden. Biden bracht de Palestijnse kwestie aan de orde bij de nieuwe Israëlische leider tijdens hun besprekingen.
Bennett heeft zich toegezegd de noodlijdende PA-regering en economie overeind te houden, hoewel hij de oprichting van een onafhankelijke Palestijnse staat afwijst.
De laatste keer dat er persoonlijke gesprekken op hoog niveau tussen Israëlische en Palestijnse leiders waren in 2010, aan het begin van de tweede ambtstermijn van voormalig premier Benjamin Netanyahu. Hoewel de twee leiders elkaar later af en toe tegenkwamen, werden de banden steeds meer gespannen naarmate het vredesproces voor onbepaalde tijd vastliep; hun laatste openbare telefoongesprek was in 2017 na een Palestijnse terreuraanslag.
In de afgelopen jaren werd het contact op hoog niveau tussen de twee partijen zeldzaam.
Volgens het kantoor van Gantz hebben de politici twee gespreksrondes gehouden. De eerste werd bijgewoond door Israëls militaire contact met de Palestijnen, Ghassan Alian, inlichtingenchef Majid Faraj van de Palestijnse Autoriteit en al-Sheikh. In de tweede ronde van gesprekken spraken Gantz en Abbas privé.
Tijdens de ontmoeting van Biden met Bennett onderstreepte de Amerikaanse president “het belang van stappen om het leven van de Palestijnen te verbeteren en grotere economische kansen voor hen te ondersteunen” en merkte hij op “het belang om af te zien van acties die de spanningen zouden kunnen verergeren, bijdragen aan een gevoel van oneerlijkheid, en inspanningen om vertrouwen op te bouwen ondermijnen”, aldus het Witte Huis.
De economie van de Westelijke Jordaanoever heeft grote schade opgelopen door het coronavirus en is in de loop van 2020 met 11,5% is gekrompen.
Tegelijkertijd heeft Ramallah een grote daling gezien van de Arabische en internationale steun, die voorheen een aanzienlijk deel van het budget uitmaakte. In 2019 ontving de PA eind juni ongeveer 254 miljoen euro aan begrotingssteun. In 2021 is dit bedrag gedaald naar slechts 25 miljoen euro.
Ondertussen voeren Israël en de Palestijnse Autoriteit gesprekken over een financieel hulpplan waarbij honderden miljoenen shekels naar Ramallah worden gestuurd om de Palestijnse economie overeind te houden. Een definitieve overeenkomst is echter nog niet openbaar gemaakt.
Ontvang gratis onze nieuwsbrieven!