Paus Franciscus heeft het gebruik van de Latijnse mis voor Goede Vrijdag beperkt, een vorm van de liturgie die de voorkeur geniet van traditionele katholieken en waarin opgeroepen wordt tot de bekering van de joden.
Afgelopen vrijdag publiceerde paus Franciscus een zogeheten ‘motu proprio’, een pauselijk besluit ‘uit eigen beweging’ waarin hij een eerder decreet van zijn voorganger, paus Benedictus XVI verwerpt. Paus Benedictus XVI maakte het in 2007 eenvoudiger om de Latijnse mis te gebruiken waarin een gebed “voor de Joden” is opgenomen wat oproept tot hun bekering tot het christendom.
Joodse groepen maakten zich destijds zorgen dat de beslissing van Benedictus een koersverandering betekende ten opzichte van het Tweede Vaticaans Concilie, of Vaticanum II uit 1965. Het Concilie, bekend als “Nostra Aetate” verklaarde dat de Joden niet schuldig zijn aan de dood van Jezus en veroordeelt antisemitisme. Beschuldigingen dat de Joden Jezus hebben vermoord, zijn lange tijd aanleiding geweest voor antisemitische agressie.
In 2008 bevestigde Benedictus zijn toewijding aan Nostra Aetate en liet hij het woord ‘blindheid’ weg uit het gebed op Goede Vrijdag.
Paus Franciscus zou het gebruik van de Latijnse mis willen beperken uit bezorgdheid dat ook het Tweede Vaticaans Concilie verworpen wordt. Vaticanum II heeft een aantal ingrijpende veranderingen aangebracht in het katholieke ritueel en de katholieke praktijk, waaronder het toestaan van het oplezen van de mis in de plaatselijke taal.
Om nu de Latijnse mis te gebruiken, moeten priesters toestemming krijgen van hun plaatselijke bisschop, die er ook voor moet zorgen dat degenen die de Latijnse mis gebruiken, Vaticanum II accepteren.
Ontvang gratis onze nieuwsbrieven!