Meer dan duizend Joden bezochten zondagochtend de Tempelberg om de vastendag van Tisha B’Av te markeren en te rouwen over de vernietiging van de twee Joodse Tempels die daar stonden. Uren daarvan raakten Palestijnse gelovigen slaags raakten met Israëlische politie.
In de nasleep van de onlusten hield premier Naftali Bennett een evaluatie van de veiligheidssituatie met minister van Binnenlandse Veiligheid Omer Barlev en politiechef Kobi Shabtai. In een verklaring liet premier Bennett weten dat hij “had opgedragen dat de ordelijke en veilige beklimming van Joden naar de Tempelberg moeten doorgaan, terwijl de orde op de plaats wordt gehandhaafd.”
In Ramallah veroordeelde de president van de Palestijnse Autoriteit, Mahmoud Abbas, wat hij beschouwde als “de gevaarlijke en aanhoudende Israëlische escalatie”.
“Het Palestijnse voorzitterschap … beschouwt dit als een ernstige bedreiging voor de veiligheid en stabiliteit en een provocatie voor de gevoelens van de Palestijnen”, volgens het kantoor van Abbas in een verklaring.
Ook de missie van de Europese Unie aan de Palestijnen zei “bezorgd te zijn over aanhoudende spanningen”.
De Palestijnse terreurgroep Hamas bespotte de bezoekers als “dwalende kuddes kolonisten” die de Tempelberg beklommen.
“Dat de bezetting deze ronddwalende kuddes kolonisten de vrije loop laat, weerspiegelt geen controle of soevereiniteit, maar is eerder een poging om onmacht en tekortkomingen te verdoezelen”, zei Mohammad Hamadah, een woordvoerder van Hamas, in een verklaring.
Ontvang gratis onze nieuwsbrieven!