Bij een eerste onderzoek dat gezamenlijk werd uitgevoerd door de Universiteit van Tel Aviv en het Ichilov ziekenhuis werd ontdekt dat het vaccineren van moeders die borstvoeding geven de productie van belangrijke antilichamen in moedermelk bevordert, wat mogelijk bijdraagt aan de bescherming van hun baby’s.
Het onderzoeksteam van de Universiteit van Tel Aviv bestond uit dr. Yariv Wine en de promovendus Aya Kigel van de Shmunis School of Biomedicine and Cancer Research aan de Faculteit Levenswetenschappen. Het team van het Lis Maternity and Women’s Hospital in het Sourasky Medical Center in Tel Aviv werd geleid door Dr. Michal Rosenberg-Friedman en Prof. Ariel Many.
Volgens de onderzoekers was het doel van de studie om te ontdekken of het COVID-19-vaccin van Pfizer effectief was in het produceren van antilichamen in moedermelk en ook om de eigenschappen van deze antilichamen te bepalen of ze het potentieel hebben om het virus te neutraliseren.
Het onderzoek werd uitgevoerd in januari en februari van dit jaar, kort nadat de vaccins in Israël waren aangekomen en bestond uit 10 moeders die borstvoeding gaven. De vrijwilligers kregen met een tussenpozen van 21 dagen twee injecties van het vaccin, waarna gemeten werd hoeveel antilichamen er in hun hun bloed en moedermelk werden aangetroffen.
In zowel bloed als moedermelk treedt de aanzienlijke toename 14 dagen na de eerste injectie op en gaat deze 7 dagen na de tweede injectie door.
De onderzoekers ontdekten ook dat de antilichamen die zich in moedermelk ontwikkelen, het virus kunnen neutraliseren en voorkomen dat het virus zich bindt aan receptoren op cellen.
Dr. Wine: “De bemoedigende gegevens tonen aan dat het vaccineren van moeders die borstvoeding geven de productie van belangrijke antilichamen in hun moedermelk bevordert, waardoor hun zogende baby’s mogelijk tegen de ziekte worden beschermd.”
Het onderzoek is gepubliceerd in MedRxiv en wordt momenteel door vakgenoten beoordeeld.
Ontvang gratis onze nieuwsbrieven!