In een analyse van gendergelijkheid staat Israël op de 31e plaats van 100 landen met vergelijkbare gegevens. De index is samengesteld door de Duitse neobank N26 en vergelijkt de status van vrouwen in landen over de wereld, waarbij wordt gekeken naar statistieken zoals het aantal vrouwen in politieke leidinggevende posities en de toegang van vrouwen tot onderwijs. Nederland staat in die lijst op plek 37.
De index vergelijkt landen ten opzichte van elkaar en normaliseerde de scores zodat het laagst scorende land (op plaats 100) een score van 50 heeft en het hoogst scorende land op plaats 1 een score van 100 heeft.
De totale score van Israël was 84,23, waarmee het op de 31e plaats kwam. Israëls hoogste score was 98,7% voor de toegang van Israëlische vrouwen tot onderwijs. Dit werd gemeten door het percentage vrouwen dat ingeschreven was in het basisonderwijs en het secundair onderwijs te combineren, evenals de gemiddelde jaren van scholing voor beide geslachten.
De laagste score van Israël was 76% op het gebied van vrouwenwetgeving, wat de mate meet waarin de wetgeving van het land “vrouwelijk-positief” is.
De maatstaf omvat de legaliteit van echtscheiding (op basis van een OESO-meting); vrouwen aan de macht volgens de vrouwenemancipatie-score van het World Economic Forum; de aanwezigheid van vaderschapsverlof en het bestaan van wetten tegen sekse gerelateerde discriminatie op de werkplek (gemeten door het World Policy Analysis Center); en het percentage van het loon dat wordt betaald voor zwangerschapsverlof (gemeten door de VN).
Israël kreeg een 86,5% voor het totale aantal vrouwen in de regering, 85,3% voor vrouwen in het management, 95,2% voor vrouwelijk ondernemerschap, 94,7% voor vrouwen in STEM-opleidingen (wetenschap, technologie, techniek en wiskunde), 91% voor salarisniveau en genderloon kloof.
Het land met de hoogste score op de index was Noorwegen en het land met de laagste score was Pakistan.
Ontvang gratis onze nieuwsbrieven!