Peter R. de Vries heeft zich op Twitter uitgesproken tegen het absurde NS-beleid om kennelijk alleen nabestaanden van weggevoerde Nederlandse Joden en Sinti te compenseren.
En daar heeft de misdaadverslaggever gelijk in. Dit beleid is immoreel en de NS moet dit snel rechttrekken.
De reactie van Peter R. de Vries volgt op een schrijven van de NS naar aanleiding van een compensatie-claim van een nabestaande van een Nederlandse verzetsheld. De NS wees de claim af. Want: niet-Joods én geen Sinti. Het staat er echt.
“Op grond van het voorgaande is de Commissie tot de conclusie gekomen dat Belanghebbende is vervoerd op grond van verzetsactiviteiten en niet op grond van het feit dat hij behoorde tot de Joodse gemeenschap of de gemeenschappen van Roma en Sinti. Daarom heeft de Commissie moeten concluderen dat niet is voldaan aan de voorwaarden die zijn gesteld in artikel 2.1 onder a of b van het Uitkeringsreglement en heeft zij moeten besluiten de aanvraag af te wijzen.”
Artikel 1
Het NS-beleid staat ook haaks op artikel 1 van onze grondwet. Oordeel zelf:
“Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.”
Hetzelfde lot, dezelfde compensatie
De slachtoffers werden in dezelfde NS-treinen vervoerd. Gedeporteerd naar dezelfde vernietigingskampen. Hetzelfde lot stond hen te wachten. Nabestaanden van dit leed dienen in gelijke rechten te worden behandeld.
Als kinderen van een gedeporteerde Joodse familie worden gecompenseerd door de NS, hebben kinderen van een gedeporteerde verzetsheld dat ook.
Roger van Boxtel heeft als eerste directeur van de NS deze zwarte bladzijde in de geschiedenis van de Nederlandse Spoorwegen aangepakt. Daarvoor verdiend de voormalig D66-politicus alle lof.
Maar waarom zijn alleen Joden en Sinti uitverkoren voor compensatie, Roger?
Ontvang gratis onze nieuwsbrieven!