De Griekse minister van Buitenlandse Zaken Nikos Dendias heeft tijdens zijn bezoek aan Israël donderdag ermee ingestemd dat Israëli’s in zijn land op vakantie mogen gaan, ondanks het hoge percentage coronavirus besmettingen in Israël.
“Het besluit geeft uitdrukking aan de warme relatie tussen de landen en de gemeenschappelijke wens om terug te keren naar een vorm van normaal leven in het coronavirus tijdperk”, zei de Israëlische minister van Buitenlandse Zaken Gabi Ashkenazi. Hij zei dat hij hoopt dat meer Europese landen zullen volgen.
De beide ministers ontmoetten elkaar in het kantoor van Ashkenazi in Jeruzalem.
Tijdens de bijeenkomst bespraken de ministers de “warme en vriendelijke” betrekkingen tussen de twee landen, aldus een persbericht van het ministerie van Buitenlandse Zaken, en het belang van het openstellen van Griekenland voor Israëlisch toerisme in het coronavirus-tijdperk.
Maar er zijn wel beperkingen, zoals dat het voor Israëli’s slechts is toegestaan vier plaatsen te bezoeken, namelijk Athene, Thessaloniki en de eilanden Kreta en Carpo.
Israëlische toeristen zullen de rest van het land niet kunnen bezoeken omdat staten binnen de Europese Unie geen toeristen mogen accepteren uit landen met een hoog besmettingspercentage van het coronavirus, dat in Israël nu 6,7% bedraagt.
De toeristen zullen een coronavirus-test moeten ondergaan voordat ze aan boord gaan van de vlucht in Israël en na de landing in Griekenland. Na de landing in Griekenland zullen de Israëli’s in quarantaine moeten totdat de testresultaten bekend zijn. Bij hun terugkeer in Israël hoeven ze niet in quarantaine te gaan.
Israël is met meer Europese landen in gesprek om afspraken te maken voor het toelaten van Israëlische toeristen en zakenmensen. Mogelijk gaan voor die landen ook het ‘Griekse model’ gelden.
Ontvang gratis onze nieuwsbrieven!