Betty Goudsmit-Oudkerk, een Nederlands-Joodse vrouw die honderden Joodse kinderen heeft gered tijdens de Holocaust, is afgelopen zondag op 96-jarige leeftijd overleden, melde Het Parool maandag.
Betty Goudsmit-Oudkerk was het laatste nog levende lid van het kleine team van reddingswerkers, bestaande uit collega’s en medewerkers van de Hervormde kweekschool, die tijdens de Duitse bezetting van Nederland zo’n 600 Joodse kinderen in veiligheid wisten te brengen en te redden van een zekere dood.
Het seminarie, dat werd geleid door wijlen Johan van Hulst, grenst aan een interneringsfaciliteit die de nazi’s hadden opgezet voor joodse kinderen tegenover de Hollandsche Schouwburg waar hun ouders waren vastgehouden in afwachting van transport naar de concentratiekampen.
Op 17-jarige leeftijd mocht Goudsmit-Oudkerk voor de gevangen kinderen zorgen. Met hulp van de directeur van de Hollandsche Schouwburg, Walter Süskind, hielp ze honderden kinderen over te brengen naar van Hulst en zijn team.
Goudsmit-Oudkerk weigerde al decennia in het openbaar te spreken over haar rol bij de reddingsoperatie. Ze stemde er uiteindelijk enkele jaren geleden mee in om te worden geïnterviewd voor een boek. Het Nederlandstalige boek verscheen in 2016 en heeft als titel “Betty een joodse kinderverzorgster in het verzet”.
Het voormalig seminarie en de Hollandsche Schouwburg maken nu deel uit van het Joods Cultureel Kwartier van Amsterdam, een groep van meerdere Joods Erfgoedlocaties. In 2022 zal een Holocaust-museum van 24 miljoen euro worden geopend in het gebouw waarin het seminarie was gevestigd.