Meer dan een kwart van alle Israëli’s leven in armoede, inclusief een miljoen kinderen, volgens het jaarlijkse ‘alternatieve’ armoede-rapport dat maandag is gepubliceerd door de non-profit organisatie Latet.
Onder verwijzing naar een ‘verloren jaar’ in de oorlog tegen armoede, vanwege de voortdurende politieke patstelling, bleek uit het rapport dat meer dan 2,3 miljoen Israëli’s (530.000 gezinnen) op dit moment in armoede leven, waaronder meer dan een miljoen Israëlische kinderen.
In tegenstelling tot het officiële armoedeverslag van de staat Israël, dat later deze maand zal worden gepubliceerd en dat armoede alleen op basis van inkomen meet, meet het ‘alternatieve’ Latet-rapport armoede van huishoudens op basis van essentiële behoeften op het gebied van huisvesting, onderwijs, gezondheidszorg, voedselzekerheid en middelen om overige kosten van cruciaal levensonderhoud te dekken.
Het alternatieve meetinstrument registreert nog eens 526.000 personen die in armoede leven, vergeleken met het officiële staatsrapport gepubliceerd door het National Insurance Institute (Bituach Leumi) in december 2018.
Hoewel de armoedecijfers vrijwel ongewijzigd zijn gebleven sinds het meet-instrument van Latet zes jaar geleden werd geïntroduceerd, bevat het rapport een verontrustende toename van armoede en belemmeringen voor armoedebestrijding.
“Frequente en voortdurende verkiezingscampagnes, een verlamd parlement en een overgangsregering die niet kan regeren, hebben ons een verloren jaar opgeleverd. De stagnatie van de armoedecijfers gedurende een lange periode getuigt daarvan”, aldus Latet-voorzitter Gilles Darmon en uitvoerend directeur Eran Weintrob, in een gezamenlijke verklaring.
Volgens het rapport waren koolhydraat of brood en beleg de belangrijkste voedingscomponent voor meer dan driekwart van de kinderen (76,3%) die staatssteun ontvingen. Meer dan de helft van de kinderen (54,5%) zou het afgelopen jaar kleinere maaltijden hebben gegeten of maaltijden hebben moeten overgeslagen.
In totaal heeft 79,8% van de gezinnen die staatssteun ontvangen tenminste één verdiener in het huishouden en 19,8% heeft twee reguliere verdieners, zo bleek uit het rapport. Vaak omschreven als de ‘werkende armen’, zorgen lage lonen, stijgende kosten van levensonderhoud en het niet benutten van beschikbare uitkeringen voor deze gezinnen, armoede.
Het rapport zegt ook dat 97% van de ouderen die worden ondersteund door een ouderdomspensioen niet in staat zijn om ‘waardig’ te leven. Maar liefst 78,2% zei dat ze eenzaamheid ervaren en 59,3% is niet in staat om noodzakelijke aanpassingen aan te brengen in hun huis om aan hun behoeften te voldoen, vanwege hun financiële situatie.
Bovendien zei ongeveer 61,9% van de uitkeringsgerechtigden dat ze schulden hadden, een veel groter aandeel dan onder de algemene bevolking (35,3%).
“Als er geen systemische hulpmiddelen, een overheidsplan en langetermijnprocessen in gang worden gezet, is er geen kans om aan armoede te ontsnappen of tastbare sociale verandering te creëren”, aldus Darmon en Weintrob.
Om de armoede te verminderen, moet de nieuwe regering volgens Latet een reeks nieuwe nationale prioriteiten vaststellen en een reeks nieuwe maatregelen uitvoeren.
“De volgende regering moet in de begroting voor 2020 de mogelijkheid opnemen om te stoppen met het handhaven van de huidige armoedegrens, om waardig wonen voor ouderen mogelijk te maken en voor een betere toekomst voor een miljoen arme kinderen te zorgen.”