Israëlische onderzoekers zeggen dat ze een kleine molecule hebben gebruikt om de zelfvernietiging van alvleesklier kankercellen bij muizen te veroorzaken. De behandeling verminderde het aantal kankercellen met maar liefst 90 procent een maand na toediening, volgens hun studie.
Het onderzoek heeft “groot potentieel voor de ontwikkeling van een nieuwe effectieve therapie om deze agressieve vorm van kanker bij mensen te behandelen,” zei de Universiteit van Tel Aviv in een verklaring.
Het onderzoek werd geleid door Prof. Malka Cohen-Armon en haar team aan de Sackler Faculteit der Geneeskunde van de Universiteit van Tel Aviv, in samenwerking met het team van Dr. Talia Golan van het Cancer Research Center van het Sheba Medical Center in Ramat Gan.
Alvleesklierkanker is momenteel resistent tegen alle behandelingen en patiënten hebben gedurende vijf jaar na de diagnose een heel kleine kans om te overleven.
De onderzoekers brachten xenografts – in dit geval menselijke pancreaskankercellen – in muizen waarvan het immuunsysteem werd onderdrukt zodat ze de vreemde cellen niet zouden afwijzen, en zagen hoe de cellen zich onder de huid vermenigvuldigen.
Ze injecteerden vervolgens een molecuul genaamd PJ34, oorspronkelijk ontwikkeld om slachtoffers van een beroerte te behandelen, in de bloedbaan van de muizen, om te zien of het de tumor zou beïnvloeden. Dit is de eerste keer dat dit molecuul is gebruikt om kanker te behandelen, zei Cohen-Armon.
Nadat de muizen 14 dagen lang dagelijks met PJ34 waren geïnjecteerd, vonden de onderzoekers een “substantiële vermindering” van 80% tot 90% van de kankercellen, toen ze 30 dagen na het einde van de behandeling gingen meten, aldus de studie.
“Dit molecuul veroorzaakt een anomalie tijdens de duplicatie van menselijke kankercellen, wat hun snelle celdood veroorzaakt”, zei Cohen-Armon van de Universiteit van Tel Aviv in een verklaring. “Zo resulteerde cel vermenigvuldiging zelf in celdood van de behandelde kankercellen.”
Bovendien had het PJ34-molecuul ‘uitsluitend’ invloed op de menselijke kankercellen, maar liet de goedaardige cellen ongemoeit. “Er werden geen nadelige effecten waargenomen en er waren geen veranderingen in de gewichtstoename van de muizen, noch in hun gedrag,” zei Cohen-Armon.
In parallelle studies ontdekte het onderzoeksteam dat het molecuul ‘efficiënt’ werkt wanneer ze het testen op andere soorten dodelijke kankercel-culturen in het laboratorium, waaronder agressieve vormen van borst-, long-, hersenkanker- en eierstokkanker, die allemaal resistent zijn tegen de huidige therapieën, zei ze.
Cohen-Armon voegde eraan toe dat het team hoopt het effect van het molecuul op grotere dieren, en uiteindelijk op mensen, te kunnen testen, wat ongeveer twee jaar kan duren, afhankelijk van de financiering.