Israël helpt de Syrische Koerden die zijn getroffen door de Turkse inval en beschouwt hen als een tegenwicht voor de Iraanse invloed in de regio. “Israel pleit voor hen in gesprekken met de Verenigde Staten”, aldus de Israëlische vice-minister van Buitenlandse Zaken
Wat kan worden gezien als het tegenovergestelde als wat de Amerikaanse president Trump deed, bood premier Netanyahu op 10 oktober humanitaire hulp aan de “dappere Koerdische mensen”. Hierbij merkte de premier op dat ze “geconfronteerd worden met een mogelijke “etnische zuivering door Turkije en zijn Syrische bondgenoten.”
Tzipi Hotovely, de vice-minister van Buitenlandse Zaken van Israël, vertelde het Israelische parlement woensdag dat het aanbod was geaccepteerd en dat Israel de Koerden helpt op diplomatiek en humanitair gebied. “We identificeren ons met de diepe nood van de Koerden en we helpen hen via een aantal kanalen.”
Hotovely ging verder niet in op de Israëlische hulp, behalve om te zeggen dat we tijdens “dialoog met de Amerikanen onze waarheid over de Koerden hebben verteld en dat we er trots op zijn dat we een standpunt innemen naast het Koerdische volk.”
Israël onderhoudt al sinds de jaren zestig discrete militaire, geheime en zakelijke banden met de Koerden, waarvan de bevolking is verdeeld over Irak, Turkije, Syrië en Iran – waarbij de Koerden worden gezien als een bondgenoot tegen gedeelde tegenstanders.
De belangrijkste vijanden vandaag zijn de door Iran gesponsorde strijdkrachten die zich dicht bij de grenzen van Israël inzetten, ook in Syrië.
“Israël heeft inderdaad een opvallend belang bij het behoud van de kracht van de Koerden en de andere minderheden in het noorden van Syrië als gematigde en pro-westerse elementen”, zei Hotovely.
“De mogelijke ineenstorting van het Koerdische gebied in Noord-Syrië is een negatief en gevaarlijk scenario voor Israël. Het is absoluut duidelijk dat een dergelijke gebeurtenis zal leiden tot een versterking van negatieve elementen in het gebied onder leiding van Iran, zei ze.”