Minstens twee Israëlische vrouwen hebben doodsbedreigingen ontvangen vanuit de hoek van joodse extremisten. De slachtoffers van deze intimidatie waren onlangs naar het Hooggerechtshof gestapt om te eisen dat religieuze propaganda-borden, waarop vrouwen werden opgeroepen zich in het openbaar ‘kuis’ te kleden, zouden worden verwijderd in Beit Shemesh, een stadje op zo’n 30 kilometer ten westen van Jeruzalem.
Eind afgelopen week waren de vrouwen naar eigen zeggen telefonisch bedreigd met een kabbalistisch ritueel waarin werd opgeroepen tot hun dood, schrijft Jewish Telegraphic Agency (JTA). Ook zijn in Beit Shemesh, dat een groot en groeiend aantal nogal streng in de leer zijnde Charedische joden (jahadoet charediet) telt, posters opgehangen met daarop de persoonlijke gegevens van de slachtoffers, inclusief adressen en de namen van hun kinderen. De posters riepen verder op de vrouwen te bellen zodat ze hun verzet tegen de religieus geïnspireerde aanwijzingen zouden staken. Naar aanleiding van de dreigementen hebben de vrouwen een klacht ingediend bij de politie.
Hof: ‘Vrouw niet uit publieke sfeer bannen’
Eerder deze maand had het Hooggerechtshof in een hoger beroepsprocedure bepaald dat de ‘kuisheidsaanwijzingen’ half december verwijderd moesten zijn. Reden daarvoor was dat zij “vrouwen uit de openbare ruimte banden”, aldus de rechters. Niet alleen moest de politie de borden verwijderen, ook moesten de agenten voorkomen dat nieuwe ‘aanwijzingen’ zouden worden opgehangen.
Overigens blijkt de praktische uitvoering van het besluit lastig. Zo probeerde de gemeente donderdag voor de tweede keer in een week tijd de borden van de muren te halen, maar werd in die pogingen gestopt door religieuze extremisten.
Eerder vonnis
Al in 2015 had het Hof bevolen dat Beit Shemesh de borden moest verwijderen. Omdat dit bevel niet door de gemeente werd opgevolgd, waren de vrouwen opnieuw naar het Hof gestapt.
Women who sued to remove Israeli city’s modesty signs get death threats https://t.co/q0amQwmetx pic.twitter.com/wqPS0NnKef
— The Jerusalem Post (@Jerusalem_Post) December 18, 2017