De Zwitserse ngo UN Watch beschuldigde enkele Arabische landen van apartheid tijdens de Mensenrechtenraad van de VN. De uitvoerende directeur van UN Watch Hillel Neuer reageerde hiermee op het verwijt dat Israël een apartheid staat zou zijn. De Palestijnse Autoriteit, Qatar, Soedan, Syrië, Bahrein en Saoedi-Arabië veroordeelden de Joodse staat.
Saoedi-Arabië verweet Israël van “discriminatie en extremisme”. Bahrein en Syrië kwamen tot de conclusie dat “de muur een voorbeeld is van het apartheidbeleid van Israël” om “hun diefstal van land te legitimeren en Jeruzalem te verjoodsen”. Qatar beoordeelde het als een “apartheid” en een “misdaad tegen de mensheid” en zelfs Soedan was van mening dat er “geweld en terrorisme” werd gepleegd “aan het Palestijnse volk”.
Neuer was niet gediend van deze beschuldigingen en vroeg zich hard op af waar alle Joden zijn: “Hoeveel Joden woonde er in uw land? Hoeveel Joden woonde er in Egypte, Irak, Jordanïe, Koeweit, Lebanon, Libië, Marokko? Er was eens een tijd dat het Midden-Oosten vol zat met Joden.” Neuer vroeg zich hard op af waar de honderdduizenden Joden waren gebleven van diverse Arabische landen en sprak de landen hierop persoonlijk aan: “Syrië, u had tienduizenden Joden. Waar zijn uw Joden?” Hij sloot zijn pleidooi af met de vraag: “Waarom is er een VN-commissie over het Midden-Oosten waar Israël niet in zit? Vanaf de jaren ’60 en ’70 weigeren [de Arabische landen] om Israël hier deel aan te laten nemen. Waar is de apartheid, meneer President?”