JJJJJ…Jojo…Jjo…..Jo…Johan…..

Oud Roermond Steenweg 1965

Verkopen is een vak apart, je moet het in je hebben. Ik heb in mijn leven van alles verkocht: herenkleding, dameskleding, bedden, matrassen, tapijten, stoffen, meubels enz. Gelukkig had ik in mijn jeugd 3 geweldige leermeesters: Freddy Michel, zijn herenkledingzaak aan de Kinkerstraat te Amsterdam was alom bekend. Tonny Biesen, een statige en wijze alleskunner met een gigantisch vermogen om mensen te analyseren en voor zich te binden en dan last but not least; Lex Daniels senior, de meesterverkoper, een gentleman in zijn witte stofjas in het Bonthuis Alexander in de Kalverstraat in Amterdam Ome Lex was een lieve, innemende man met een waanzinnig gevoel voor humor en een natuurlijke drang om mensen in de maling te nemen en amusant te shockeren. Hij deed dat op een subtiele wijze, hij zag er meer uit als een dokter of notaris, altijd goed gekleed, keurig verzorgd en wat hij ook uithaalde, niemand kon dan ook werkelijk geloven dat wat er ook gebuerde, dat hij het had geflikt, hij was daar te onschuldig en te chique voor, hij straalde het niet uit, nooit.

De ouwe ome Lex (zo werd hij genoemd) had in de zestiger jaren een grote kledingzaak overgenomen in het hartje van Roermond. De bejaarde eigenaar, de Heer Spoormakers stopte ermee, had geen opvolgers en ome Lex kocht de boel op, met dien verstande dat ome Lex gedurende enige maanden de zaak, die toen al 70 jaar bestond, nog open kon houden en er een enorme opheffingsuitverkoop kon plaats vinden. Zeer lucratief natuurlijk, niet alleen had ome Lex de gehele voorraad goedkoop in handen gekregen, de hele winkel werd nog eens vol gereden met goederen van grossiers uit Amsterdam zodat het erop leek dat ook deze goederen behoorden tot de mooie en exclusieve collectie van Spoormakers. Op Woensdag was het dan altijd mijn beurt om naar Roermond af te reizen om ome Lex tot Zondag te assisteren in de verkoop. Er liep echter nog een gewaardeerde hulp rond en dat was Johan. Johan was de kleinzoon van Meneer Spoormakers en die mocht op Zaterdag altijd in de winkel helpen met inpakken, dat was goed voor zijn ontwikkeling vond de familie, omdat Johan een vervelend spraakgebrek had, hij stotterde. Ja, Johan stotterde eigenlijk niet gewoon, maar Johan was uniek en extreem met zijn handicap. Hij zei bijna nooit iets, hij vermeed elk gesprek, omdat hij amper uit zijn woorden kon komen, elke lettergreep viel in het wa…waa..waaa.w….w..wwawawawa….water. De oude Spoormakers had aan Ome Lex gevraagd of Johan gewoon op Zaterdag mocht blijven werken en Ome Lex had daarop natuurlijk positief geantwoord.

De zaken liepen goed, week na week was een succes en er werd veel geld verdiend. Het was een regenachtige stille Zaterdagochtend, Ome Lex zat achter de kassa en ik stond bij de toonbank, beiden aan de koffie onder het genot van een sigaretje (heel gewoon in die tijd om in de winkel te roken). Johan was aan de afwas in het keukentje. De deurbel bij de ingang liet zich horen, er kwam een bijna twee meter lange heer binnen, gekleed in een van water doordrenkte regenjas, hij zette zijn paraplu in de paraplubak, deed zijn hoed af en stapte op ons af. “Ggg goe goe….goe…gg…goedemorgen Heren”, zo begroette hij ons vriendelijk. Hij vervolgde: “dd dd duh duh die tw tw twee he he he hemden die in dddd de ee eee etalage lululu liggen……v.vvv. vv…voor ….25 g g gu gu gulden, he heee heeeee heeft u die ook in me me me memmm maat vij vij vij vijvuh vijvuh veer veertig in het wi wi wi wuh wit?”. Ome Lex keek de man aan en richtte zijn blik vervolgens op mij of dat hij zeggen wilde : “nou moet je opletten”. De ogen van Lex begonnen te sprankelen en ik zag de riesjes ( kwajongensstreken) op zijn gezicht verschijnen. Ome Lex antwoordde: “een ogenblikje , Meneer”. Hij stond op en liep naar de keuken, waar Johan net klaar was met afwassen en schoonmaken: Ome Lex zei: “Johan….luister eens……”. Johan keek op en zei niets, Lex vervolgde: “ je weet ik ben heel tevreden over jouw werk en ik vind dat je vandaag een klant mag gaan helpen, kijk die meneer daar in de winkel in die lange regenjas, die wil wat vragen………..doe je best maar, ik ben trots op je ”. Johan was vereerd en ontdaan, een klant helpen……, dat was hem nog nooit gevraagd, dat mocht hij nooit eerder, hij kreeg a la minute rode wangetjes, hij vloog op Ome Lex af en zei: “de de denkt u da da dat ik dadadat echt kuh kuh kan? ”. Ome Lex antwoordde: “natuurlijk kan je dat “. Johan omhelsde hem, gaf hem een zoen uit dankbaarheid , vervolgens stormde hij de winkel binnen, liep op de klant af en zei zonder schroom : “Goe ….goe goe goedemu muh muh morgen Muh Muh Meneer…..ka …..ka ka….ka ka kan k u he he hhh hel he helpen ?”.

De deftige heer keek naar Johan , liep rood aan en zonder te stotteren schreeuwde hij : “ BRUTALE VLEGEL, SCHOFT ”, vervolgens gaf hij Johan een klap in zijn gezicht, draaide zich om, liep naar de deur, pakte zijn plu en ging de winkel uit, de deur sloeg met een enorme klap dicht. Johan stond verslagen en verbaasd de man na te staren, hij had geen enkel besef en geen flauw benul waarom hij een klap had gekregen, hij had immers niets verkeerd gedaan. Mijn ogen zochten Ome Lex, maar hij zat niet meer achter de kassa, het pakje sigaretten lag er ook niet meer, dat betekende dus dat Ome Lex of boven of in de tuin was, zijn handen wassend in onschuld. Johan vulde de uren verder met gissen naar het gebeurde en ome Lex en ik durfden elkaar de rest van de dag niet meer aan te kijken.

Het was jaren negentig, een wedstrijd van Fortuna Sittard tegen Ajax in de Meer in Amsterdam toen ik in de koffiekamer op mijn schouder werd getikt : “heee Le Lee Leejooo…hoe is h h het”. Het was Johan, de Johan, na al die jaren nog stotterend. Ik zei “hee Johan, dat is leuk, hoe gaat het met je ?”. Hij vertelde me dat het goed ging, hij was getrouwd , was inmiddels vader en werkte als busschauffeur . “Wee wee wee weede nog….die zo zo zo zot in de win win ww winkel….die m m m mij een kla la klap gaf….?”. Ik zei: “ja Johan…..ik weet het nog….gemeen he ?”. “Ja…wa wa wa wat eene wous, i i i ik had gehoopt ‘m ooit nog ’s te te tee tegen te komen. Ha ha ha ha’k ‘m toch ge ge genaaid….”, antwoordde hij. Johan zal waarschijnlijk ook al Opa zijn nu ….en hij weet nog steeds niet waarom die man………”.

Leo Groenteman nieuwe columnist op Joods.nlLeo Groenteman was jarenlang columnist voor het Joods Journaal, heeft geschreven voor de Krant op Zondag en weekblad Vriendin en is auteur van de Facebook-Moppenpagina: “Joodse Humor”.

Advertentie (4)