Tal van Joodse gemeenten in Nederland gingen teloor, de resterende hebben het moeilijk. Hoelang zullen ze nog bestaan? Op zoek naar het antwoord, door een trektocht van Groningen naar Maastricht. Vandaag Groningen. „Wij draaien hier helemaal niet zo slecht.”
Het zonlicht valt spaarzaam door de ramen van de synagoge aan de Folkingestraat, in de binnenstad van Groningen. Een negental leden van de Nederlands-Israëlitische gemeente in de Martinistad, zeven mannen en twee vrouwen, is deze zaterdagmorgen samengekomen voor de tweewekelijkse dienst. Voorzitter Frits Grunewald (69) is zichtbaar teleurgesteld. Hij komt vandaag niet aan tien Joodse mannen, noodzakelijk voor het houden van een complete eredienst. „We hebben geen minjan”, laat hij chazan Jos Tal weten. Het betekent dat de Thorarol niet uit de heilige arke zal komen en dat aan het eind van de dienst de kaddisj, een van de belangrijkste gebeden van het Jodendom, niet zal klinken.