Sami Kaspi werd toegesproken door Burgemeester van Zanen met de volgende woorden:
"Meneer Kaspi, u bent geboren in Marokko en in 1969 bent u in Nederland komen wonen, van 1970 tot 1999 was u organisator van Mimoena, het Joods-Marokkaans lentefeest dat na het Joodse Pesach wordt gevierd.
Als zodanig heeft u zich ontwikkeld tot een ware ambassadeur van de Marokkaanse en met name de Marokkaans- Joodse cultuur. Daarmee heeft u bruggen geslagen tussen bevolkingsgroepen die eerder moeilijk met elkaar in gesprek wisten te komen.
In 2000 was u oprichter en vrijwilliger van de Stichting Maimon.
Dit is een vrijwilligersorganisatie die de 2000 jaar oude geschiedenis van een vreedzaam samenleven tussen Moslims en Joden in Marokko onder de aandacht van een breed publiek wil brengen. Samen met andere vrijwilligers bezoekt u universiteiten, moskeeën, scholen, musea en maatschappelijke instellingen om bruggen te slaan tussen diverse groepen burgers in de samenleving.
Vanaf 2002 verzorgt u een educatief programma voor het voortgezet onderwijs. U bezoekt zowel ‘zwarte’ als ‘blanke’ scholen, vooral in probleemwijken in Amsterdam-West.
Mij is verteld dat u na de moord op Theo van Gogh de plaatselijke moslimjeugd verbijsterde met uw oproep tot verdraagzaamheid jegens andersdenkenden, gekleed in uw traditionele djelaba, met uw keppel en sprekend in vloeiend Arabisch.
Na deze woorden werd de ridderorde opgespeld door de heer van Zanen, burgemeester van Amstelveen. Daarna was er een receptie in het Raadhuis waar voor de Joodse gasten Kosjere hapjes waren verzorgd. Op Koninginnedag werd er een bustour door Amstelveen georganiseerd met alle genodigden die een onderscheiding hadden gekregen. Ook nu was er weer aan een kosjere lunch gedacht, verzorgd door Ronald Vos.
Foto’s: David Kaspi