Het valt niet mee om altijd luchthartig en lichtvoetig, met een vleugje sarcasme, door de bezette gebieden te stappen. Het gaat daar niet goed, en alles is nog zorgwekkender nu de Hamas-regering als een pariah wordt beschouwd door de westerse wereld. Ik heb het hier niet over gelijk of ongelijk, maar over de gevolgen voor de eenvoudige burger.
Financiële hulp is opgedroogd sinds de Hamas aan het bewind is. Er worden al zeven maanden geen salarissen uitbetaald aan leraren en artsen in dienst van de Palestijnse Autoriteit. Zelfs op de westelijke Jordaanoever zag ik voor het eerst (in Qalqiliya) dat er aan de hoofdweg een vrachtauto met zakken meel stond, die werden afgeladen en uitgedeeld aan hongerige families, rustig op hun beurt wachtend sinds de vroege ochtend. De zakken meel waren ongemerkt; er werd mij verteld dat ze van de UNWRA kwamen. Echt derde wereld.
De medische diensten, die toch al niet vlot liepen, zijn nu geheel aangewezen op de NGO’s waar wij mee samenwerken. Die organisaties krijgen nog wel iets van steun uit eigen bronnen, maar het is ook niet meer wat het was. Geneesmiddelen komen steeds vaker uit de voorrraden die wij meebrengen.
Een steeds weerkerend probleem is de olijvenpluk, die nu in volle gang is. Veel bewoners van de Westelijke Oever kunnen niet zonder fysieke en bureaucratische obstakels bij hun boomgaarden komen, vanwege de muur en nabijheid van settlers. Ook het leger, hoewel met opdracht van hogerhand om niet al te lastig te doen, eet op het lagere niveau uit de hand van de settlers. Er moeten dus vaak Joodse vrijwilligers mee om de Palestijnse landbouwers te beschermen bij het uitvoeren van hun legitieme werk bij hun olijfbomen. Een van de hierbij actief betrokken organisaties is Rabbijnen voor Mensenrechten (RHR). Opdat er Godbeware geen misverstanden ontstaan, dit zijn liberale rabbijnen. De orthodoxen schitteren door afwezigheid en hun stem wordt niet gehoord. Ik zeg dit niet helemaal juist; hun stem wordt wel gehoord, maar uit het andere kamp.
Recent verscheen een aardig boekje van Joris Luyendijk, ‘Het zijn net mensen’ (Podium) over zijn ervaringen als correspondent in het Midden Oosten. Een mooi gebalanceerd beeld over ons deel van de wereld en iedereen krijgt een forse veeg uit de pan.
Eldad Kisch woont al meer dan veertig jaar in Israël. "Destijds was ik flink zionistisch, nu ben ik wat gelouterd," omschrijft hij zichzelf. "Ik bekijk de gebeurtenissen in onze streken met bezorgdheid, vooral waar onze menselijke en ethische waarden steeds meer inkrimpen.’