We hebben een lange, vermoeiende nacht achter de rug. Vanwege de zware beschietingen, die om een uur of 10 ‘s avonds begonnen kwam er weinig van slapen. De sirenes loeiden om de haverklap en meer dan eens stond het huis op zijn grondvesten te schudden door de vaak heel harde dreunen van de inslagen. Gelukkig is er geen echte schade en zijn er opnieuw geen gewonden gevallen, maar de velden hebben het zwaar te verduren. Ik was gesloopt toen ik ‘s morgens om kwart voor 5 in de eetzaal arriveerde. Dat is immers mijn taak in de kibboets.
Maar dit keer verliep het begin van mijn werkdag toch anders dan anders: we schrokken op van een heel zware inslag. Een raket heeft op een haar na een huis van de kibboets gemist – het ding kwam er precies naast neer. Vanwege het slaapgebrek en de voortdurnde beschietingen valt het me moeilijk me op mijn werk te concentreren.
Vandaag is op bevel van het leger opnieuw een uitstapje voor de jongeren van Bet HaEmek afgelast, op het laatste moment. Ik heb met een aantal van onze leveranciers gebeld of ze nog wel onze bestellingen konden afleveren. Sommigen van hen hebben hun magazijnen in Haifa precies in de vuurlinie van de Hezbollah doen en zullen hun afspraken niet dan met grote vertraging kunnen nakomen.
Op het nieuws wordt gezegd dat het leger tussen de 30 à 50% van de rakettenlanceerinstalaties denkt te hebben vernietigd. Een simpele rekensom leert dat er dus nog tussen 70 à 50% over. En die worden naar hartelust gebruikt.
Zojuist kwam het bericht over een man in Nahariya die als hulpverlener op pad was om uit naam van de gemeente voedsel aan te delen in de schuilkelders. Net toen hij de mensen op straat aanspoorde om snel dekking te zoeken vanwege het luchtalarm, werd hij getroffen door een katjoesja, en was op slag dood.
De Hezbollah weet niet van ophouden. Op het politieke vlak lijkt er echter eindelijk wat beweging te ontstaan. Er wordt gesproken over een mogelijke wapenstilstand, en zelfs Saoedi-Arabië wil nu dat Libanon zijn leger naar de grens met Israël stuurt en de Hezbollah ontwapent.
Is er dan toch hoop?
Salo Soesan en zijn vrouw Ineke wonen al 35 jaar in de vredige agrarische kibboets Bet HaEmek, in het noorden van Israël. Voor joods.nl houdt hij een dagboek bij om een beeld te geven van het dagelijks leven (of wat daar nog van over is), sinds er oorlog is tussen Israël en Libanon.