Onder de kop ‘Hezbollah is een gevaar voor de vrede’ benadrukken de organisaties dat Israël met de acties tegen de Hezbollah haar legitieme recht op zelfverdediging uitoefent en op de bedreigingen van haar burgers en grondgebied waar het land zich ziet geconfronteerd, niet buitenproportioneel reageert.
In het manifest wordt de vraag gesteld hoe Frankrijk zou reageren als Marseille, de tweelingstad van Haifa, door een terroristische organisatie zou worden gebombardeerd. Het manifest stelt voorts dat het Libanese volk nog altijd in gijzeling gehouden wordt door de Hezbollah, aangezien resolutie 1559 (2004) van de Veiligheidsraad door de Libanese regering niet is uitgevoerd.
Het manifest besluit met de woorden "Wij betreuren de dodelijke slachtoffers die aan beide kanten zijn gevallen. Wij bevestigen nogmaals dat wij solidair zijn met het Israëlische volk."
Het manifest zal in Nederland verschijnen in NRC Handelsblad en de Telegraaf, in Duitsland in de Frankfurter Allgemeine, Die Welt en de Süddeutsche Zeitung, in Frankrijk in Le Monde, Le Figaro en Libération.
Daarnaast stuurt het EJC een brief aan de leden van het Europese parlement, waarin wordt opgeroepen erop toe te zien dat Libanon zich houdt aan de afspraken van VN-resolutie 1559. De leden van het EJC dringen er bij de regeringen van de Europese landen op aan ‘met spoed economische en diplomatieke sancties in te stellen tegen Libanon en Syrië. De regeringen van deze landen steunen terroristische organisaties, torpederen vredesinitiatieven en vormen daardoor een groot gevaar voor de vrede in de vrije wereld’.
In de brief zegt de EJC dat Israël het recht en de plicht heeft haar burgers te verdedigen en de terroristische dreiging uit te schakelen die erop gericht is Israël te verwoesten. "Wij herinneren u aan de verplichting die Europa heeft om alle vormen van terrorisme te bestrijden."
De volledige Engelse tekst van deze brief is te vinden op de website van EJC.