In de inleiding van ‘Het zijn net mensen’ beschrijft Luyendijk het moment waarop in Bagdad het standbeeld van Saddam wordt neergehaald, vlak na de Amerikaanse invasie in 2003. CNN brengt de gebeurtenis als ‘de historische bevrijding van Bagdad’ en zoemt in op een groep juichende Irakezen. De Arabische zender Al Jazeera liet in principe dezelfde beelden zien, alleen van veraf gefilmd, zodat duidelijk werd hoe weinig mensen er eigenlijk stonden te juichen op het plein.
Dit soort verschillen in berichtgeving komen veelvuldig aan bod in Luyendijks nieuwe boek. Op 21 juni was Luyendijk te gast in het nieuws- en actualiteitenprogramma Nova. Hier vertelde hij over de manier waarop verslaggeving vanuit een dictatuur eigenlijk onbegonnen werk is, omdat de waarheid eenvoudigweg niet aan het licht kan worden gebracht. Dit door de afwezigheid van vrijheid van pers, er is geen betrouwbare informatie beschikbaar, en door het ontbreken van vrijheid van meningsuiting: de bevolking kan niet vrijuit kritiek leveren. Haaks hierop staat volgens Luyendijk de voortreffelijke manier waarop Israëlische persbureaus buitenlandse journalisten ontvangen en begeleiden.
‘Iedereen en alles krijgt een veeg uit de pan, de Arabische dictaturen net zo hard als de Israëlische of Amerikaanse democratieën, de sufheid van de Palestijnse propaganda en de Egyptische censuur net zo goed als de standaard quotes van talking heads op de buis of de bedenkers van complottheorieën in de Arabische koffiehuizen. Maar het meest van al krijgen de media zelf ervan langs, de televisie voorop, vanwege hun bijna volmaakte onvermogen om waar dan ook behoorlijk over te berichten’, aldus Herschfeld. Ze raadt het boek van harte aan aan ‘hoofdredacties en buitenlandredacteuren en vooral aan iedereen die een kant-en-klare mening of oplossing heeft voor de conflicten in het Midden-Oosten’.
Joris Luyendijk (1971) studeerde politicologie, geschiedenis, Arabisch en antropologie. In 1998 en 1999 was hij correspondent voor de Volkskrant en radio 1 in Cairo. Van 2000 tot 2003 was hij correspondent in het Midden-Oosten voor NRC Handelsblad. Het laatste jaar woonde hij in Oost-Jeruzalem. In 2002 ontving hij het Gouden Pennetje, een prijs voor jong talent in de journalistiek. Van zijn hand verschenen eerder de publicaties ‘Een goede man slaat soms zijn vrouw’ en ‘Een tipje van de sluier’. ‘Het zijn net mensen’ is uitgegeven door Podium, Amsterdam.