De top van de Protestantse Kerk in Nederland heeft zich uitgesproken over de antisemitische preek van de Wassenaarse dominee Kees Mos. De PKN wijst de preek onvoorwaardelijk af. Kerk-juridisch voelt het PKN-bestuur zich echter niet bevoegd in te grijpen of een al te inhoudelijk oordeel te geven.
De landelijke Protestantse Kerk in Nederland deelt in de verontwaardiging over de in de preek van Mos gebezigde woorden. Het Overlegorgaan Joden en Christenen solidariseert met de Joodse gemeenschap en zegt dat verworvenheden in het theologische denken met voeten worden getreden. Predikanten van het platform Appèl Kerk en Israël zeggen zich te schamen. Ook de Protestantse Raad voor Kerk en Israël ‘wijst de preek ondubbelzinnig af’.
"Het moderamen deelt de verontwaardiging." Dat zei PKN-scriba dr. Bas Plaisier op een vergadering van de Generale Synode van zijn kerk, medio juni. "Er zijn in de genoemde preek woorden gebruikt die nooit uitgesproken hadden mogen worden. Het moderamen neemt van deze woorden afstand en betreurt het dat verschillende mensen hierdoor gekwetst en beschadigd zijn."
Aan verontruste briefschrijvers die kennelijk in vrij grote getalen het PKN-hoofdbestuur hebben benaderd, schrijft Plaisier: "Het komt bij velen als zeer onbevredigend over, dat het bestuur van de kerk niet zelf ingrijpt. Wij willen u echter laten weten dat binnen de Protestantse Kerk elk bestuursorgaan gebonden is aan de eigen kerkordelijke plaats en bevoegdheid. In de kerkorde is voorzien in een zorgvuldige procedure (van hoor- en wederhoor) die in eerste instantie via de betrokken classicale vergadering loopt. Pas veel later is de synode c.q. het moderamen aan zet, mocht het komen tot een beroepsprocedure. Juist in een heel gevoelige zaak als deze is zorgvuldigheid een eerste vereiste." Met andere woorden: niet eerder dan dat het regionaal bestuur (de classicale vergadering) heeft geoordeeld, kan in een beroepsprocedure het PKN-hoofdbestuur tot een oordeel komen. Toch heeft het moderamen van de PKN haar inhoudelijk afwijzende stellingen betrokken. Het moderamen zegt in de verontwaardiging te delen, maar is niet bij machte ook in te grijpen.
"Dat laat echter onverlet dat we als Protestantse Kerk een duidelijk standpunt hebben ten aanzien van onze onopgeefbare verbondenheid met het volk Israël en de bestrijding van antisemitisme", aldus het moderamen (bestuur) van de PKN. "De kerk in haar geheel en al haar ambtsdragers dienen aan deze roeping gehoor te geven in hun spreken en handelen. Daarom mogen we elke predikant, elke ambtsdrager en gemeentelid oproepen om zich hierdoor te laten leiden en ons te weer stellen tegen elke vorm van antisemitisme." Maar meer dan met te stellen dat ‘de kerk er op rekent dat alle kerkelijke organen deze ondubbelzinnige stellingname van de kerk voluit zullen honoreren’, kan de kerkleiding niet komen.
Bron en volledige tekst: www.nik.nl
Zie eerdere berichtgeving op joods.nl