De preek dateert van maart 2005 en veroorzaakte binnen de kerkelijke gemeente zoveel opwinding dat een visitatiecommissie gevraagd werd een nader onderzoek in te stellen. Vorige maand oordeelde die commissie dat de preek "zo niet gehouden [had] mogen worden", maar dat er "geen reden is om tegen ds. Mos bijzondere maatregelen te nemen". De kerkenraad van de Messiaskerk nam deze zienswijze onlangs ongewijzigd over.
CIDI beschikt over de preek en komt na het afluisteren ervan tot de conclusie, dat in de afgelopen tien jaar in kerkelijke kring zelden zulke beledigende teksten over Joden zijn geuit. In zijn brief aan de kerkenraad schrijft CIDI het vreemd te vinden dat de kerkenraad niets beter weet te doen, dan de aanbeveling van de visitatiecommissie "klakkeloos" over te nemen. Voor een kerk die zegt te streven naar goede relaties met het joodse volk acht CIDI zo’n stellingname "beneden peil". In de brief wordt niet alleen aangedrongen op het op non-actief stellen van de Wassenaarse predikant, maar ook op een inhoudelijk oordeel van de kerkenraad over de gewraakte preek.
In zijn preek schildert Mos de Jood af als een verrader: "De Jood in ons is een verrader, zegt Matthëus. En hij laat het zien aan de manier waarop Jezus er in wordt geluisd… Het heil wordt door de Jood voor geld verkwanseld, zegt Matthëus." Zich beroepend op Matthëus, zegt Mos, dat de Jood "een volledige omkering van Gods woord…" bewerkstelligt. "Het wordt een boom die scheidt in plaats van een boom die verbindt."
Ook zegt Mos: "Blijkbaar denkt Judas [Judas staat volgens Mos voor Jood]: nu kan ik nog ‘cashen’… de grootste zonde van de Jood is dat hij niet nadenkt, dat hij gewoon handelt, dat hij doet als Adam en Eva: Want zijn oren horen en zijn ogen zien wat begeerlijk is."
Na gezegd te hebben, dat "de zonde van de Jood is dat hij weigert een mens te zijn" en nadat hij de Jood "een silent killer" te hebben genoemd voert Mos Hitler op. Volgens de Wassenaarse predikant was Hitler "eigenlijk veel beter in de bijbel thuis dan wij gewoonlijk voor waar willen houden." Hitler heeft deze, op zich bijbelse gedachte tot z’n uiterste consequentie uitgewerkt. "Want Hitler zei: dan moet de jood ook maar verdwijnen! Want er moet toch een nieuwe mens komen! Deze door God uitverkoren mens heeft zich als Judas bewezen. Als een verrader van Gods zaak, als deserteur, als vijfde colonne. Dan moet er een nieuwe mens komen."
Verder op in zijn preek komt Mos nog eens op Hitler terug: "Hitler wilde de Jood in ons midden definitief uitdrijven. Dat klinkt misschien heel vreemd, maar hij staat daarmee op bijbelse bodem. Want de Jood in ons leeft aan zijn goddelijke roeping voorbij en hij doet zijn schepper lelijk tekort. Wij hebben Hitler in de afgelopen decennia als een monster afgeschilderd. Maar monsters bestaan niet."
Bovenstaande citaten werden geuit tijdens de lijdensweek, die praktisch samenviel met de periode dat de wereld de 60-jarige bevrijding van de Nazi’s herdacht.
{mos_sb_discuss:16}
Bron: www.cidi.nl