De Joods-Amerikaanse Jonathan Pollard (1954) werd in 1986 veroordeeld voor spionage voor Israël. Hij kreeg levenslang, vergezeld van een aanbeveling tegen gratie. Het is nooit officieel naar buiten gekomen welke informatie Pollard aan Israël doorspeelde. Waarschijnlijk ging het om gegevens over massavernietigingswapens in handen van Israël vijandig gezinde landen. Pollard verklaarde indertijd gehandeld te hebben in het belang van de Joodse staat, al betuigde hij later wel spijt over zijn overtreding van de wet.
Israël heeft alle kosten die gepaard gingen met de rechtzaak op zich genomen en in 1998 werd aan Pollard staatsburgerschap toegewezen. Bij meerdere Amerikaanse presidenten is tevergeefs voor zijn vrijlating gepleit. Onlangs wees G.W. Bush een nieuw verzoek af.
De activisten die streven naar Pollards vrijlating redeneren dat hij een buitensporig zware straf heeft gekregen. Normaal gesproken ligt de straf voor een dergelijk vergrijp tussen de twee en vier jaar. Ook baseren ze zich op de Amerikaansen Grondwet, die stelt dat ‘verraad tegen de Verenigde Staten bestaat uit oorlogvoering of uit overlopen naar de vijand en die voorzien van hulp’. Pollard heeft geen van beiden op zijn geweten: Israël is en was een bondgenoot van Amerika en van oorlogvoering was geen sprake.
Op Jom Jerushalaim wordt zijn zaak wederom onder de aandacht van het publiek gebracht.