Lauw-blauw


Uit het dagboek van een vredestichtertje. Afl. 63: Eldad Kisch overdenkt de strijd tussen voor- en tegenstanders van de ontruiming en stelt dat niet alles wat er mis is in de Palestijnse samenleving Israël in de schoenen kan worden geschoven.

De vredesbeweging zit dezer dagen stil en vergenoegd achter de
televisie zit toe te kijken hoe de politie en het leger de oranje
kastanjes uit het vuur halen. Er zijn wel gematigde activiteiten, zoals
een brief van aanmoediging en steun sturen naar onze favoriete
politieman of soldaat, of zelfs met blauwe linten op kruispunten staan.
Het gewone werk voor de onvermoeibaren, protest tegen het bouwen van de
muur, geestelijke steun aan afgesloten dorpelingen, enz. gaat door. Ook
de strijd van de auto-antennes, met oranje of blauw lint, om kleur te
bekennen wordt nog steeds gestreden. Het spel van krachten wordt
duidelijk gewonnen door oranje, die twee op een lopen tegen blauw. Dit
zegt niets over de werkelijke vertegenwoordiging van meningen;
extremisten zijn nu eenmaal gehoorzamer, zie hun opkomst bij massale
evenementen. De stille meerderheid is lauw-blauw, en ook te lui om veel
activiteit te ontplooien. Niet dat dit polaire geschil, dat diep in het
levende vlees van Israël snijdt, door de vlaggetjes op de auto’s
opgelost zal worden.

Ikzelf ben ook wat minder geengageerd nu mijn loodsmannetje tijdelijk
minder mobiel is, dus ik hoef momenteel niet zo vaak mee met de
actievelingen om de barricades te bemannen.
Er blijft genoeg over om met enige verwondering naar te kijken. Een
vrouwelijke lector aan een van de Palestijnse universiteiten vroeg zich
af waarom alles in haar buurt er zo vies uit ziet. Studenten gooien hun
peuken en wikkels zomaar uit de ramen, en het is overal even smerig.
(Inderdaad ziet het er niet zo schoon uit op de Westbank. Trouwens,
Israël zelf is ook vrij Levantijns wat dat betreft). ‘Is dit het
Arabische volkskarakter?’ vraagt de schrijfster zich af. Welnee, en nu
kunnen jullie het refrein invullen, het is de Israëlische bezetting.

Toegegeven, de bezetting is brutaal en verwoestend voor een sociaal
weefsel. Hoe eerder we onze wurggreep op de Palestijnse samenleving
opgeven, hoe beter voor beide partijen. En dan kunnen we misschien
beter onderkennen hoe de Arabische samenleving er echt uitziet;
voorbeelden te over bij onze Arabische buurlanden.

Het wijzen met de vinger naar externe oorzaken is altijd de
gemakkelijke weg van de minste weerstand. Gesprekken met Israëlische
Palestijnen, geen grote voorstanders van de Israëlische bezetting,
laten goed inzien dat niet alles wat er mis is met de Arabische
samenleving de schuld is van de Israëli’s.

Ook mijn activiteiten in de polikliniek van Sebastia, die door
Physicians for Human Rights geadopteerd is, geven een scherpe kijk op
de Palestijnse gemeenschap via de medische personages die met ons gaan
samenwerken. Dat zal niet makkelijk worden en er blijven veel
vraagtekens.

©Eldad Kisch; 2005.

Eldad Kisch woont al meer dan veertig jaar in Israël. “Destijds was
ik flink zionistisch, nu ben ik wat gelouterd,” omschrijft hij
zichzelf.  “Ik bekijk de gebeurtenissen
in onze streken met bezorgdheid, vooral waar onze menselijke en
ethische waarden steeds meer inkrimpen.’

Advertentie (4)