Sjawoe’ot met het Poeriemvrouwtje


Rabbijn Ies Vorst schreef vooor Hakehilla, het maandblad van de Joodse Gemeente Amsterdam, in 18 afleveringen telkens een aantal bladzijden speciaal voor kinderen. Ze verschijnen rond de Joodse feestdagen ook op joods.nl. Vandaag de laatste van vijf afleveringen over Sjawoe’ot, het Wekenfeest.

– Ik zag twee sternen

– Agenda van Sjawoe’ot

– Het Poeriem Vrouwtje laat ons dubbel smullen

– Kom in je eigen sjoel naar de berg Sinai!

– Wat een moeilijke haftara!


– Tora min ha’sjamajim – de Tora komt uit de Hemel

TORA MIN HA’SJAMAJIEM – DE TORA KOMT UIT DE HEMEL

Wat bedoelen we daarmee?

Sjawoe’ot wordt ook “Zeman Mattan Torateenoe” genoemd, de tijd dat ons
de Tora werd gegeven. De Tora, daarmee bedoelen wij niet alleen de Tien
Geboden. Ook niet alleen de zogenaamde Vijf Boeken Mozes, de tekst van
de Torarol waaruit in sjoel wordt gelezen. Ook bedoelen wij met het
woord Tora niet alleen TeNaCh = de Bijbel.

Wij gebruiken het woord Tora hier in een uitgebreidere zin, namelijk:
– de Tora sjebichtav = de Geschreven Leer, dus ons TeNaCh, samen met
– de Tora sjebe’al pe = de Mondelinge Leer.
Of anders gezegd: wij bedoelen de geschreven Tora met de mondelinge uitleg daarvan.
Zoals die sinds Mosje/Mozes, van vader/moeder op de kinderen mondeling
werd doorgegeven. Totdat tenslotte alles naar onderwerp gesorteerd in
het boek de Misjna werd vastgelegd.

Wij gaan er wat dieper op in. De geboden worden in de Tora vaak met
alleen maar een paar woorden aangegeven, zonder dat de Tora de details
er bij geeft. Een voorbeeld: de Tora zegt, dat wij Sjabbat moeten
houden en dat wij op deze dag geen melacha mogen verrichten. Maar hoe
wij deze dag in acht moeten nemen en wat melacha is, staat er niet bij.
Maar het moet wel tegelijkertijd zijn meegedeeld, omdat anders het
voorschrift niet kan worden vervuld.


Hoe weten wij nou wat de Tora bedoelt?


Toen G.d de Tora op de berg Sinai aan Mosje gaf, gaf Hij daarbij alle
bijzonderheden en details over elk van de ge- en verboden. G.d gaf niet
alleen de Stenen Tafelen met daarop de Tien Geboden. Hij gaf veel meer,
namelijk de geschreven Tora, samen met de mondelinge verklaring ervan.

Mosje leerde deze Tora aan het joodse volk in de loop van de veertig
jaar in de woestijn. Dat is wat bedoeld wordt met Tora min ha’sjamajiem
– de Tora komt uit de hemel. Alles van de Tora is van G.d afkomstig.

En zo werd gedurende eeuwen en eeuwen de hele Tora van geslacht op
geslacht doorgegeven. De beroemde Maimonides beschrijft dit alles heel
uitvoerig in zijn verklaring van de Misjna.

Ongeveer 1500 jaar lang was de bestudering van de Tora mondeling. De
leraar onderwees het aan zijn leerlingen en de ouders vertelden het
thuis aan hun kinderen. En zij deden het. Zij hielden Sjabbat. Zij
vierden de feestdagen. Zij aten kosjer. En zo voort.

De mensen maakten schriftelijke aantekeningen en opmerkingen die later
bij het schrijven van de Misjna werden gebruikt. Er waren grote
Tora-geleerden die al hun tijd aan het onderwijzen gaven. Er was een
Beet Dien (we zouden het met het Oppergerechtshof kunnen vergelijken),
dat vragen met betrekking tot de Tora en de geboden behandelde.
Bovendien, zoals gezegd, leefde men er praktisch naar. Eeuwen en eeuwen
lang.

Ongeveer 1800

Advertentie (4)