Volgens het rapport heeft het Israëlische leger ‘schandalig weinig’ onderzoek gedaan naar soldaten die ‘zonder wettige grond’ Palestijnse burgers en btuienlanders hebben gedood of onvoldoende actie hebben ondernomen hen te beschermen. Hierdoor is een klimaat ontstaan waarin soldaten menen ongestraft hun gang te kunnen gaan.
Volgens het HRW-rapport ‘ Israël: Failure to Probe Civilian Casualties
Fuels Impunity’ hebben Israëlische troepen duizenden onschuldige
Palestijnse burgers en buitenlanders verwond of gedood sinds het begin
van de tweede intifada, eind september 2000. De Israëlische
autoriteiten wordt verweten in minder dan vijf procent van de gevallen
een onderzoek te hebben ingesteld naar het onwettelijke gebruik van
geweld, zo meldt het persbericht waarmee het rapport de wereld in werd
gezonden.
Volgens Sarah Leah Whitson, directeur van Human Rights Watch voor het
Midden-Oosten en auteur van het rapport verdienen de meeste onderzoeken
die Israël heeft uitgevoerd naar de dood van Palestijnse burgers die
naam niet eens. “Het onvermogen van de regering om soldaten te
vervolgen die onschuldige burgers hebben gedood, heeft een sfeer
gecreeerd die militairen aanmoedigt te denken dat zij ongestraft kunnen
moorden”, preciseert Whitson.
Ze voegt eraan toe dat het Israëlische leger in 108 gevallen onderzocht
heeft onder welke omstandigheden burgers gedood werden. Slechts 19
daarvan leidden tot een beschuldiging en zes tot een veroordeling. De
hoogst opegelgde straf was twintig maanden gevangenis. Ze baseert zich
hierbij op gegevens van verschillende Israëlische
mensenrechtenorganisaties.
Legerwoordvoerster luitenant-kolonel Sharon Feingold zegt dat het
HRW-rapport ‘gericht is tegen een land dat al vier jaar het hoofd moet
bieden aan het Palestijnse terrorisme’. “Wij doen al het mogelijke om
onderscheid te maken tussen terroristen en personen die ongewapend
zijn. Het is erg moeilijk om op het terrein het verschil te zien, zodat
veel onschuldige Palestijnen in het spervuur tussen beide kampen
terechtkomen”, aldus Feingold.
Ze voegde eraan toe dat het leger sinds het begin van de Intifada
vandaag 130 zaken heeft lopen die onder de verantwoordelijkheid vallen
van een officier die minstens de graad van kolonel heeft. Er waren 28
aanklachten over onwettelijk schieten, waarvan er zes tot een
veroordeling hebben geleid. 21 zijn nog in behandeling.
Volgens Feingold worden de onderzoeken bemoeilijkt omdat de Palestijnen
terughoudend zijn om met de Israëlische autoriteiten mee te werken.
“Om een gerechtelijk onderzoek te openen moet de aanklager de feiten
bewijzen voor een rechtbank. Bovendien moet er een autopsie
plaatsvinden en zijn er getuigen nodig. Jammer genoeg willen de
Palestijnen in veel gevallen om allerlei redenen meewerken.
Bron: www.gva.be
Klik HIER voor een samenvatting:
Volledig tekst: www.hrw.org