Het Centraal Joods Overleg reageert bij monde van haar voorzitter David Cohen Paraira en secretaris Ruben Vis op een opinieartikel van Jaap Hamburger, bestuurslid van Een Ander Joods Geluid (Volkskrant, 14 mei ’05). Hamburger vindt de aandacht voor Joden en de innige band die Joden met Israël hebben, niet alleen overdreven maar zelfs zeer verwerpelijk.
De CJO-bestuursleden betogen het tegendeel.
Te veel en volstrekt onterechte aandacht voor Joden. Dat lijkt zo’n
beetje de gram te zijn die Jaap Hamburger van Een Ander Joods Geluid
heeft jegens de eigen bevolkingsgroep. Nou ja, hoe eigen voelt
Hamburger zich nog ten opzichte van die groep. Alleen wanneer het
lidmaatschap ervan tot voordeel strekt, profiteert ook zijn Ander Joods
Geluid er gretig van. De Joodse bevolkingsgroep krijgt tot zijn
ongenoegen te veel aandacht uit de politiek, van de media en uit de
maatschappij. Zijn gramschap daarover berust op zijn visie dat die
aandacht ten onrechte verband houdt met de Holocaust, de vernietiging
van de Joden in de Tweede Wereldoorlog, en met sympathie van Joodse
zijde voor de staat Israël.
Aan vernietiging overgeleverd
Een vreemde opvatting die Hamburger er op na houdt. Nooit eerder en
sindsdien ook niet meer werd een bevolkingsgroep in Nederland in zo’n
overweldigende mate onder de ogen van hun buren, mede door hun
Nederlandse landgenoten aan de vernietiging overgeleverd. Daar mag wat
Hamburger betreft niet meer aan worden gerefereerd. Premier Balkenende
deed dat ondanks wel, bij de presentatie van de Encyclopedie van de
Rechtvaardigen onder de Volkeren, waarin alle ontvangers van een
Israëlische onderscheiding voor hulp aan Joden tijdens de oorlog
genoemd staan. Daarbij sprak premier Balkenende zijn grote respect uit
voor de redders vanwege datgene wat zij hebben gedaan ten bate van wat
hij kernachtig typeerde ‘de ontrechte, ontslagen en ontredderde joden’.
Sluier over familie
De 23-jarige Daphne, toch niet bepaald van de oorlogs- of directe
naoorlogse generatie, en een stuk jonger dan Hamburger, is het niet met
de EAJG-voorman eens. Getuige het vraaggesprek vorige maand in het blad
Yes, waar zij zegt dat voor haar 4 mei zo veel meer betekenis heeft dan
5 mei. Nog maar 23 jaar oud, zegt ook zij te leven met de sluier die
over haar Joodse familie ligt vanwege de donkere jaren tussen ’40 en
’45. Overigens kijkt zij, en met haar vele Joodse jongeren, ook vooruit
en het zijn jongeren als Daphne uit de Yes, die op tal van terreinen
mede de toekomst van Joods Nederland vorm en inhoud geven.
Gretig
Maar van Hamburger’s Ander Joods Geluid mag het allemaal een toontje
lager. Op een punt onttrekt Hamburger zich niet van de gemeenschap: als
het om geld gaat. Want wat Hamburger verzwijgt, is dat ook zijn Andere
Joodse Geluid gretig wenst deel te nemen in de verdeling van uit Joods
bezit geroofde en eind 20e eeuw pas aan de collectieve Joodse
gemeenschap gerestitueerde oorlogsgelden. Gek genoeg weet Een Ander
Joods Geluid dan wel aansluiting te houden en zich op te werpen om van
de budgetten gebruik te maken. En Een Ander Joods Geluid krijgt ook
uitgedeeld. Wat flink tegen het zere been is van veel ouderen die de
oorlog aan den lijve inderdaad hebben meegemaakt en van na de oorlog
geboren Joden die zich met hun ouders of grootouders verbonden voelen
en de opvattingen van Hamburger verfoeien. En van de overlevenden die
in Israël een baken zagen dat zij tussen ’40 en ’45 moesten missen.
Weerzinwekkende geestesuiting
Wanneer Hamburger zegt dat eigenlijk alleen ten aanzien van de binding
met Israël er sprake is van eensgezindheid binnen Joods Nederland, is
ook dat in zijn ogen not done, sterker: verboden. Want Israël deugt niet.
Hamburger duidt de politiek-militaire leiding van Israël aan met “de
daders van nu”, in kennelijke tegenstelling t