Het woord ‘sex’ werd niet eenmaal hardop uitgesproken, maar daar ging het wel over tijdens een forumdiscussie gewijd aan voorechtelijke sexuale relaties onder gelovige joden. Plaats van samenkomst: de Ohel Nechama synagoge in Jeruzalem, populair onder joodse singles.
De zeer druk bezochte discussiebijeenkomst was organiseerd door
Ne’emanei Torah Va’avodah, een organisatie die bekend staat om haar
openhartigheid in zaken die in de joodse conservatief-religieuze
gemeenschap gevoelig liggen en het Herzog Centrum voor joodse studies
en had als titel “Tussen hem en haar: hoe ga je voor het huwelijk met
elkaar om in een religieuze gemeenschap, gevaar of gelegenheid?’. Jonge
singles, maar ook gehuwden, sommigen zelfs met kinderen, maar ook
ouderen namen deel aan de taboe-doorbrekende discussie. En dat is
opmerkelijk, want met name de oudere garde waakt fanatiek over de
identiteit van de religieuze gemeenschap, met het gezin als centraal
punt daarin. Maar het tij keert: veel religieuze jongeren hebben er
geen zin meer in sex uit te stellen tot na de huwelijkssluiting, jonge
vrouwen willen ook zonder dat ze gaan trouwen toegang hebben tot het
mikveh en in zijn algemeenheid wordt de beslissing om onder de choepa
te gaan steeds langer uitgesteld. Ouderen zien deze ontwikkelingen als
een bedreiging voor het instituut van het huwelijk en de ermee
verbonden religieuze regels en gebruiken.
Moshe Tur-Paz, voorzitter van Ne’emanei Torah va’Avodah, is blij met
het waardige verloop van de discussie. “Iedereeen gedroeg zich keurig.
Het moeilijke woord werd op alle mogelijke manieren vermeden, de
Hardal* hielden hun gemak en de oudere aanwezigen maakten niet de
indruk geschokt te zijn. Misschien begint men eindelijk anders tegen
deze zaken aan te kijken en ligt de werkelijkheid al voor op wat wij
voorzagen tijdens de discussie. Religieuze jonge joden zien zich
geconfronteerd met negi’a, het verbod iemand van het andere
geslacht aan te raken. Velen van hen – en het moeten er duizenden zijn
– houden hun gevoelens verborgen, en dat heeft uiteindelijk ook zijn
weerslag op het echtelijk verkeer. En bijna 30 procent van de
religieuze vrouwen boven de dertig is vrijgezel! Het is moeilijk om dan
de verleiding te weerstaan. Dat mag niet door de vingers worden gezien,
maar het zou nog erger zijn als zij het geloof de rug zouden toekeren.
Daarom is het belangrijk dat wij over deze dingen nadenken en dat jonge
mensen zich zonder schuldgevoel vragen durven stellen over hun eigen
sexualiteit en ook over hun keuze zich van sex te onthouden of niet.
Het heeft geen zin onszelf voor de gek te houden. Het is heel jammer
dat de rabbijnen die we hadden uitgenodigd om in het forumpanel plaats
te nemen, op een na allemaal hebben afgezegd, terwijl tijdens de
discussie bleek dat er juist grote behoefte is aan rabbinale adviezen
die verder gaan dan het citeren van 14e-eeuwse joodse geleerden.”
Begin maart werd in De’ot, het tijdschrift van de organisatie voor de
gewraakte discussie-avond de voorzet gegeven met een artikel over het
overweldigende schuldgevoel en besef gezondigd te hebben tegen de
halacha waarmee jonge joodse vrijgezellen zich geconfronteerd zien als
ze voor het huwelijk sex hebben gehad.
Dr. Ariel Picard, hoofdredacteur van De’ot en een van de sprekers tijdens de bijeenkomst: “Negi’a
heeft hysterische proporties aangenomen. Het gaat al niet eens meer
over sex. Door de toenemende invloed van Hardal mogen jongens en
meisjes niet meer samen naar school. Zo kweek je angst en onzekerheid,
tot op, en voorbij het moment van de feitelijke huwelijksvoltrekking.
Je ziet het op internetsites waar mensen vragen kunnen stellen aan
rabbijnen. Heel wat vragen zijn werkelijk heel expliciet. En dan zie je
steeds weer dezelfde antwoorden verschijnen: ‘aanraken is verboden’, en
‘je moet onthouding betrachten’. In de moderne m