Gisteren werd de Palestijnse leider voor de derde maal sinds hij werd opgenomen in een Parijs’ ziekenhuis door Palestijnse woordvoerders dood verklaard. Even zovele keren werd het bericht door prominente Palestijnse leidinggevenden tegengesproken.
De Palestijnse leider Arafat zal, als hij overleden is, begraven worden
in het Palestijnse regeringskwartier in Ramallah, de muqata. De
Palestijnse ministers Erekat en Abdelrakim hebben dat gisteren
verklaard. “De president heeft zijn laatste jaren hier doorgebracht, de
Muqata is net als hij het symbool van de Palestijnse strijd. Hier zal
hij ook begraven worden”, aldus onder-minister Yayeb Abdelrakim.
De berichten over Arafat’s overlijden werden de wereld in gestuurd via
een aantal internationale persbudeaus. Het overlijden van de
Palestijnse leider Arafat wordt woensdag officieel bekendgemaakt. Dat
gebeurt in zijn hoofdkwartier in Ramallah op de Westelijke
Jordaanoever, aldus een Palestijnse functionaris tegen het persbureau
AFP.
Kort nadat Arafat
door persbureau Reuters dood verklaard was, verklaarde minister
van Buitenlandse Zaken Nabil Saath: “De president is niet dood, hij is
ernstig ziek.” Volgens Saath, die zelf ook Arafat heeft bezocht en bij
het gesprek met de artsen was, heeft Arafat een hersenbloeding gehad en
is hij er ernstig aan toe, maar functioneren zijn hersenen, hart en
longen nog steeds. Volgens de Palestijnse minister is het lot van
Arafat in handen van God en hangt ook het nodige af van de resterende
kracht en weerstand van de patient in Parijs.
Saath benadrukte dat het plegen van euthanasie uitgesloten is. De
artsen, de familie en het islamitisch geloof staan dat niet toe, aldus
de minister, die samen met de premier en oud-premier Abbas gisteravond
terugreisde naar Amman in Jordanie.
Binnen de Palestijnse Autoriteit en met de leiders van Fatah en de PLO
over de begrafenisregeling werd de begrafenis van Arafat doorgesproken.
Jeruzalem, en met name de Tempelberg (Haram al-Sharif voor de
Palestijnen) met Rotskoepel en de Al-Aqsamoskee, is de begrafenisplaats
die Arafat voor zichzelf had uitgekozen, maar Israël geeft hiervoor
geen toestemming. De regering-Sharon wil geen bedevaartplaats in het
geannexeerde Jeruzalem. Ook Arabische dorpen in de onmiddellijke
omgeving van Jeruzalem komen voor Israël niet in aanmerking.
De voorkeur van Israël gaat uit naar de Gazastrook, maar de Palestijnen
hebben deze optie afgewezen. “Arafat moet zo dicht mogelijk bij
Jeruzalem begraven worden en dat is Ramallah en niet Gazastad”, aldus
dr. Mustafa Barghouti, lid van het dagelijks bestuur van Arafat’s
Fatah-beweging. “Arafat’s laatste rustplaats in Ramallah is tijdelijk.
Zodra Jeruzalem als hoofdstad van een Palestijnse staat onze hoofdstad
is, zullen wij Arafat naar Haram-Al-Sharif overbrengen”, aldus
Barghouti.
In de Volkskrant van 10 november 2004 schrijft correspondent Fokke Obbema:
De laatste dagen van Jasser Arafat zullen de geschiedenis ingaan als
een kroniek van een te vroeg aangekondigde dood. Nadat vorige week de
Israëlische media de Palestijnse leider dood hadden verklaard, waren
het dinsdag niet minder dan drie anonieme bronnen uit zijn eigen
Palestijnse kamp, die na een bezoek aan het ziekenhuis meldden: ‘Ja,
hij is dood.’
De ene Palestijnse woordvoerder zei dat een hersenbloeding Arafat
fataal was geworden, de volgende beweerde dat alleen nog een geschikt
moment voor de bekendmaking moest worden gekozen. Net als eind vorige
week volgden ook nu weer meteen de ontkenningen.
De ontkenning kwam niet alleen van de immer optimistische Palestijnse
gezant in Frankrijk, Leïla Shahid, maar ook van Arafats artsen. De
inmiddels wereldberoemde woordvoerder van het militaire ziekenhuis,
generaal Christian Estripeau, ve
