De parasja van de week, voor kinderen verteld. Vandaag: de Israëlieten staan nog altijd aan de rand van de rivier de Jordaan. Mosje zorgt dat iedereen precies weet wat hij wel en wat hij niet mag doen als ze in het Beloofde Land zijn aangekomen.
G’d heeft jullie beloofd dat het land Kena’an heel vruchtbaar zal zijn
als julllie leven volgens de wetten en regels ik ik, Mosje, jullie moet
leren.
Om te laten zien dat jullie G’d dankbaar bent voor Zijn goedheid,
moeten jullie van alles wat je hebt verbouwt, de eerste oogst naar de
Tempel brengen. Op die plek, en niemand weet nu nog waar dat zal zijn,
wachten de priesters op jullie om je offergaves voor G’d aan te nemen.
Terwijl jullie de manden met offergaves aan de priesters geven moeten
jullie zeggen: ‘De Eeuwige heeft gezorgd dat wij uit Egypte gered zijn
en hier in het Land van Melk en Honing kunnen wonen.’
Onthoud dat G’d jullie heeft opgedragen je oogst te delen met de
Levieten, de priesters die zelf geen grond bezitten, en met mensen die
niet genoeg te eten hebben. Onthoud dat je niet mag eten als je in de
rouw bent.
Alle afspraken die G’d met jullie, kinderen van Israël, heeft gemaakt,
zal Hij nakomen als jullie leven zoals Hij jullie heeft geboden.
Dan zal het Volk Israël het mooiste en beste volk zijn op de hele aarde.
Jullie gaan nu bijna naar de andere kant van de rivier. Maar voor het
zover is moeten jullie iets heel belangrijks doen. Kijk: daar zien
jullie twee bergtoppen. De ene berg heet Ejwal, de andere berg heet
Gerieziem. Op de berg Ejwal moeten jullie een altaar bouwen van ruwe
rotsblokken. Daar moeten jullie offers brengen.
En jullie moeten twee
grote platte stenen met witkalk bestrijken, en op die stenen moeten
jullie de Tien Geboden schrijven.
Wees stil en luister, Israël: op deze dag zijn jullie voor de Eeuwige, jullie G’d, een volk geworden!
Op de berg Ejwal moeten de stammen van Reoeween, Gad, Asjer, Zewoeloen,
Dan en Naftalie gaan staan, en op de berg Gerieziem de stammen van
Sjim’on, Levie, Jehoeda, Jissachar, Joseef en Benjamin.
De Levieten, jullie priesters, zullen de vloeken opnoemen, een voor
een, en op elke vloek moeten julie antwoorden met ‘amen’. Wee degene
die de geboden van G’d overtreedt!
Daarna zullen de Levieten de zegeningen opnoemen, een voor een, als
jullie precies zo leven zoals G’d het jullie heeft opgedragen.
Maar wie niet luisteren wil en niet leeft volgens de geboden en wetten van G’d, die zal vreselijk worden gestraft.
Luister naar de vervloekingen die jullie zullen treffen als jullie G’d niet dienen zoals Hij dat wil:
- Vervloekt zullen jullie zijn in de stad en op het veld
- Vervloekt zijn jullie kinderen en jullie dieren
- Vervloekt ben je als je ergens binnenkomt, en ook als je weer weggaat
- Jullie zullen zo vreselijk ziek worden dat er niemand van het volk meer in leven zal blijven
- De hemel boven je hoofd en de grond onder jullie voeten zijn zonder genade
- Regen zal vallen in de vorm van zand en stof
- Geen enkele vijand zullen jullie kunnen verslaan, vluchten is de enige uitweg
- Niemand zal jullie willen begraven, en wilde dieren zullen jullie doden lichamen opeten
- G’d zal jullie ziek maken, ziek
Advertentie (4)