De Nederlandse houding ten opzichte van Israël beweegt zich tussen het zwartste zwart en het witste wit. Wellicht kan het land waar het Internationale gerechtshof zijn zetel heeft, leren zich ook in het grijze vlak te bewegen, schrijft Adar Primor in zijn redactioneel commentaar in Haaretz.
Onze ambassadeur bij de Verenigde Naties kon het niet langer voor zich
houden: de houding van Ierland als voorzitter van de Europese Unie zal
in Jeruzalem in de herinnering blijven als een van de slechtste voor
Israël in de afgelopen jaren.
Maar volgens ambassadeur bij de Verenigde
Naties, Dan Gillerman, doet het Nederlandse voorzitterschap van de EU Israël terugverlangen naar het Ierse.
Gillerman
maakt de indruk alsof hij van achteren met een mes is aangevallen als
hij nijdig zegt dat Nederland in het verleden altijd naast Israël stond
maar nu haar morele houding die daaraan ten grondslag lag, heeft
verkwanseld.
De huidige voorzitter van de EU heeft een Europees consensus gebracht
in de VN tegen de route van het veiligheidshek, en plotseling zijn er
hier mensen die zich herinneren dat Nederland niet alleen maar het
goede voorbeeld gaf toen het ‘Anne Frank redde’. Nederland is ook het
land dat haar naar Bergen Belsen liet deporteren door informatie te
geven.
Nederland is niet alleen een van de landen met de meeste “Rightous
People” (Polen komt op de eerste plaats), maar ook het land waar
verhoudingsgewijs tijdens de Holocaust het hoogste aantal joden werd
vermoord (106.000 van de 140.000 joden).
Twee weken na de stemming in de VN is de relatie van Israël met Europa
in een crisis beland, en dat is grotendeels te wijten aan Nederland.
Maar wanneer men probeert enige afstand te nemen van de mythen uit de
geschiedenis als een motief om Nederland te begrijpen, onstaat een
andere realiteit. Ten eerste: de Nederlanders geloven – net zoals in de
rest van de Europese landen – eerlijk en oprecht dat het standpunt van
de VN over het veiligheidshek ermate zorgvuldig afgewogen is dat het
zelfs in het voordeel van Israël werkt.
Het feit dat het Internationale Gerechtshof in Den Haag zetelt speelt
ook mee in de afweging van Nederland. Het land wil het IG en de
internationale waarden die het vertegenwoordigt niet omlaag halen.
Daarnaast heeft Nederland ook een lange traditie waarbij de
internationale politiek gebaseeerd is op het streven naar een
consensus. Dit bijna beangstigende principe speelt ook een rol in de
Nederlandse filosofie ten aanzien van het buitenlandse beleid en de
Europese politiek in het bijzonder. Nederland is een van de zes
oprichters van de Europese gemeenschap en ziet daardoor politieke
eenheid als een belangrijk element om te komen tot integratie binnen
Europa.
De stemming van de 25 Europese landen in de VN – de eerste Europese
consensus sinds de uitbreiding van de EU in oostelijke richting – wordt
daarom ook in Nederland gezien als een belangrijke prestatie. Er zijn
zelfs leiders in Europa die de stemming zien als een “belangrijke
gebeurtenis.”
Michael Bavli, de voormalige ambassadeur van Israël in Den Haag, ziet
nog een ander aspect: “Het calvinistische Nederland is een land van
‘zwart en wit’. Wie ‘zwart’ is kan niet ‘zwarter’, maar als je ‘wit’
bent kun je niets fout doen.
Aan het eind van de jaren ’80 hield Nederland zich strict aan het
wapenembargo naar het ‘zwarte’ Israël, waardoor het zelfs verboden was
zelfs maar een enkele kogel daarheen te exporteren. Ten tijde van de
Golfoorlog viel Israël ineens onder ‘wit’ , en onmiddelijk nadat de
eerste scuds op Israël waren afgeschoten haastte Nederland zich om
bemande Patriotinstallaties naar Israël te zenden.
Het ‘wit’ straalde ook gedurende de Oslo onderhandelingen. Op hun reis
naar het Witte Huis op 12 september 1993, maakte de toenmalige
minister-president Yitzhak Rabin en minis