Uit een nieuwe studie naar de middeleeuwse vervolging van ‘andersdenkenden’ door de roomskatholieke kerk zou het aantal slachtoffers van de Inquisitie lager zijn dan tot dusver is aangenomen.
Gisteren werd de bijna 800 pagina’s tellende bundel ‘L’inquisizione’
gepresenteerd, de handelingen van een historisch congres over de
Inquisitie dat in 1998 door het Vaticaan werd georganiseerd.
In de ca. 125.000 processen die zijn gevoerd vanwege hekserij zou de
helft van de betrokkenen zijn veroordeeld tot de brandstapel. Iets
minder dan 2 procent daarvan zou ook daadwerkelijk om het leven zijn
gebracht. Volgens de historicus Agostino Borromeo gaat het niet om
miljoenen maar eerder om tienduizenden slachtoffers. “Bovendien werden
soms ook poppen verbrand die de veroordeelden bij verstek moesten
representeren. Ketters en heksen die op het laatste moment bekenden,
werden eerst gewurgd en dan pas verbrand. Een mindere pijnlijke manier
van sterven.”
De gevreesde Spaanse kardinaal Tomas de Torquemada, die leefde van
1420-1498 was verantwoordelijk voor de vervolging en uiteindelijke verdrijving van de joden op het
Iberisch schiereiland.
Noord-Europese landen zijn grote aantallen mannelijke en vrouwelijke heksen verbrand, waarbij Duitsland absoluut gezien met
25.000 executies het hardst werd getroffen. In Nederland zouden 200
personen vanwege hekserij zijn geëxecuteerd. Relatief gezien werd
Liechtenstein het hardst getroffen. Daar werden 300 inwoners wegens
hekserij op de brandstapel gezet.
De Inquisitie werd in 1231 ingesteld door paus Gregorius IX om
ketterij
te bestrijden. Spoedig daarna kon de kerk ook rekenen op de hulp van
burgerlijke autoriteiten bij de vervolging van andersdenkenden. In de
zestiende eeuw, ten tijde van de contrareformatie, bereikte de
vervolgingen hun hoogtepunt. Een van de meest opmerkelijke processen is dat tegen de Italiaanse
natuurkundige Galileo Galilei in 1633, vanwege zijn ‘ketterse visie op
de wereldorde in het heelal’. Galilei weigerde zijn ontdekking te herroepen dat de aarde om de zon draait en niet andersom.
Paus Johannes Paulus II heeft gisteren tijdens de presentatie van het boek in een brief om vergeving gevraagd voor de
verbranding, marteling en vervolging door de Inquisitie van mensen die
werden beschuldigd van ketterij en hekserij.
Hij herhaalde zijn mea culpa van 2000 en stelde dat de werk- en
denkwijzen van de Inquisitie niets te maken hebben met het evangelie en
schandalig zijn. De paus vroeg vergiffenis voor de “drama’s die verband
houden met de Inquisitie en voor de wonden in het collectieve geheugen
die erop volgden”.
Op de vraag waarom de kerk niet had besloten tot het veroordelen van de
pausen die de Inquisitie hadden goedgekeurd, zei kardinaal Cottier:
“Wanneer we vragen om vergiffenis veroordelen we niet. We zijn allemaal
beïnvloed door de mentaliteit van de tijd waarin we leven. Over vijftig
jaar kunnen wij er weer van worden beschuldigd dat we bepaalde dingen
niet hebben ingezien.”
Zie voor een compacte uiteenzetting over de inquisitie: news.bbc.co.uk