Directe aanleiding voor deze juridische stap is het interview in NRC Handelsblad met de zoon van een van Groningse politieagenten die in de ongecensureerde versie van Willy Lindwer’s documentaire ‘Holland Vaarwel!’ aan het woord komen.
De NCRV ziet in de aanklacht geen aanleiding op haar besluit terug te
komen. De omroep besloot de betreffende scène te schrappen nadat de familie van de
93-jarige agent met juridische stappen had gedreigd. ‘De
documentaire gaat over Nederlanders die hebben meegeholpen met de
deportaties van joden’, stelt eindredacteur J. Ruiter. ‘Wij noch Willy
Lindwer kunnen hard maken dat de man daadwerkelijk zelf joden uit
huizen heeft getrokken. Dit wordt in de documentaire wel gesuggereerd.
Dat was voor ons een reden de scènes te schrappen.’
Volgens filmmaker Lindwer is dit onzin. ‘Ik beschuldig de man nergens
persoonlijk. De film gaat over agenten die de Duitsers hielpen met de
deportatie. De Groninger vertelt dat hij onder meer overgangen heeft
bewaakt tijdens de transporten om te voorkomen dat er joden zouden
ontsnappen. Wat voor bewijs wil je nog meer hebben? Bovendien noemt de oud-agent zijn voormalige, met de nazi’s
sympathiserende baas Philip Blank . ‘De NCRV moet niet terugschrikken als ik over dit
onderwerp een documentaire maak op het scherpst van de snede. Deze
Blank zorgde er hoogstpersoonlijk voor dat Groningen het hoogste
percentage gedeporteerde joden van Nederland kende.” Van de 3000 uit
Groningen gedeporteerde joden keerden er slechts 150 terug uit
Auschwitz.
In de scene die de NCRV verwijderde laat een 93-jarige oud-politieagent
zich positief uit over het meedogenloze vervolgingsbeleid van de
Groningse hoofdcommissaris Philip Blank, die tijdens de Tweede
Wereldoorlog met de nazi’s sympathiseerde. De oud-agent noemt Blank ‘een amicale man’ en ‘een
rechtschapen mens’. Tijdens het gesprek plaatste
de 87-jarige vrouw van de agent bovendien een aantal zeer kwetsende
antisemitische opmerkingen.
In NRC Handelsblad zegt Tieme Mulder, de zoon van de agent, dat zijn
ouders door Lindwer en zijn filmcrew onder druk zijn gezet en
uiteindelijk hebben toegestemd in een interview ‘om van het gezeur af
te zijn.’ “Mijn vader werd aan een soort verhoor onderworpen. Hij is
geconfronteerd met insinuerende vragen die een relatie suggeren tussen
het feit dat hij in de oorlog bij de politie zat en de activiteiten van
de Groningse politie ten dienste van de bezetter. Hij is in de
beklaagdenbank gezet. En ik vind dat onze generatie niet op de stoel
van de openbare aanklager mag gaan zitten.”
Mulder vindt bovendien dat de uitspraken van zijn ouders uit hun context zijn gemonteerd.
De uitlatingen van Mulder dat zijn ouders bij hun volle verstand waren
toen ze de uitspraken deden. waren voor directeur R. Naftaniël van het
Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) aanleiding om bij
justitie aangifte te doen wegens antisemitisme. Naftaniël: “Bovendien
bagatelliseert Mulder de uitspraken van zijn moeder. De vrouw zei
letterlijk: ‘Als de oorlog om twaalf uur is afgelopen, heeft om vijf
over twaalf een jood je al weer belazerd.’
Op de website van het CIDI is de tekst van het persbericht te lezen.