Met zijn uitgesproken stellingname heeft de Amerikaanse president de Palestijnen, en mogelijk alle Arabische landen, onherroepelijk voor het hoofd gestoten. De gevolgen van deze aardverschuiving in de politieke realiteit van het Midden-Oosten zijn niet te overzien, schrijft Volkskrant-correspondent Ferry Biedermann.
Informeel was het standpunt van de Amerikaanse president onder vorige
Amerikaanse regeringen al realiteit. Toch heeft Bush met zijn
uitlatingen na het bezoek van premier Sharon Amerika nog meer gebonden
aan Israël en de Israëlische visie op een uiteindelijke regeling.
De twee punten waarop Bush de Israëlische premier garanties gaf –
nederzettingen en vluchtelingen – zijn de struikelblokken bij uitstek
bij alle Israëlisch-Palestijnse onderhandelingen.
De standpunten van Bush verschillen niet veel van wat Palestijnen en
Israëliërs zelf in het verleden al bijna overeengekomen waren. Feit is
echter dat die onderhandelingen faalden en dat nu de Palestijnen een
belangrijk stuk onderhandelingsruimte uit handen is geslagen.
Het zal bij de Palestijnen bovendien hard aankomen dat de VS ‘zomaar’
het voor hen heilige ‘recht van terugkeer’ van de kaart vegen. De
twee-statenoplossing maakt impliciet al een einde aan de mogelijkheid
van de vestiging van miljoenen Palestijnen in Israël. Dat is een
schrikbeeld dat de Israëliërs echter nog voor ogen staat en het is ook
nog de aspiratie van een groot deel van de vluchtelingen. Bij eerdere
onderhandelingen werd geprobeerd tactvol deze bom onschadelijk te
maken. De harde stellingname van Bush doorkruist dat echter.
Hetzelfde geldt voor de nederzettingen. Het was al duidelijk dat
sommige van die ‘bevolkingscentra’ bij Israël getrokken zouden worden.
Het plan dat president Clinton voorstelde na het uitbreken van de
intifada in 2000, voorzag daar ook in. Toen werd echter wel gesproken
over gebied dat de Palestijnen ter compensatie zouden krijgen.
De Palestijnen en de Arabische wereld zullen nu de Amerikanen nog
minder gaan beschouwen als ‘eerlijke bemiddelaars’ in het conflict.
De uitvoering van het plan van premier Sharon voor een terugtrekking
uit Gaza en sommige nederzettingen op de Westoever is een stuk
dichterbij gekomen. Sharon kan de uitlatingen van Bush goed gebruiken
in zijn campagne om de goedkeuring te krijgen van zijn Likud-partij.
Die stemt begin mei over het plan.
Als dat obstakel is genomen zal de druk op Sharon om het plan
daadwerkelijk uit te voeren zeker toenemen, mede door de uitlatingen
van Bush. Hoewel niets zeker is, zal het Sharon niet makkelijk vallen
weer terug te komen op een terugtrekking.
Sharon en Bush proberen hun nieuwe en eenzijdige koers te verpakken in
het oude papier van de routekaart, het doodgeboren internationale
vredesplan. Beiden zeggen te streven naar een Palestijnse staat naast
Israël.
De routekaart is echter gericht op het opnieuw beginnen van de
onderhandelingen, niet het eenzijdig opleggen van visies. Bovendien zal
het de Palestijnen moeilijk vallen een staat te accepteren die geheel
is gedefinieerd door de VS en Israël. Zelfs als die in de buurt komt
van wat toch de uiteindelijke regeling geweest zou zijn, is de
afwezigheid van onderhandelingen en betrokkenheid genoeg om de uitkomst
in Palestijnse ogen niet te legitimeren.
Hoewel de Britse premier Blair van Groot-Brittannië het plan van Sharon
ook verwelkomde, is het onwaarschijnlijk dat de rest van Europa en de
internationale gemeenschap de nieuwe Amerikaanse stellingname op prijs
zullen stellen. Met zijn uitlatingen omzeilt president Bush immers het
kwartet van bemiddelaars dat aan de wieg stond van de routekaart.
Toch zou er nog wel iets goed kunnen voortkomen uit alle ophef. Iedere
Israëlische terugtrekking wordt, zoals president Mubarak van Egypte
eerder zei, ‘op prijs