De Noren benadrukken dat de stickers geen boycot zijn. "Het merendeel van onze klanten is sterk pro-Palestijns," zegt een woordvoerder, "en wij willen hen van dienst zijn bij het herkennen van de herkomst van de producten in onze schappen."
Onlangs hebben Noorse vakbonden hun leden al geadviseerd te weigeren Israëlische landbouwproducten af te handelen. Vorig jaar heeft een Noorse jongeren-vakbond een demonstratie gehouden tegen de Israëlische deelname aan het Eurovisie Songfestival.
De groepering "Boikott Israël" boycot al sinds het begin van de jaren negentig Israëlische sinaasappels. Deze groepering heeft haar activiteiten sinds het begin van de tweede Intifada uitgebreid met een boycot van alle uit Israël afkomstige producten. Op de website wordt worden de acties gerechtvaardigd met de uitleg dat het doel is de beëindiging van "50 jaar bezetting door Israël" en de terugkeer van alle vluchtelingen naar een "vrij Palestina.
Volgens een onderzoek van het Stephen Roth Instituut voor de bestudering van hedendaags antisemitisme en racisme in Tel Aviv is de extreem-rechtse Vooruitgangspartij met 25 van de 160 parlementszetels de tweede politieke partij van Noorwegen. Niet alleen houdt deze partij er racistische ideëen op na, ze is sterk gekant tegen immigratie en is daarnaast groot voorstander van het verbod op de briet mila.
Noorwegen heeft de reputatie een vrijhaven te zijn voor Europese neonazi’s en andere extreem-rechtse groeperingen.
Antisemitisme heeft een lange geschiedenis in het Scandinavische land: in 1930 al werd door Vidkun Quisling de Nasjonal Samling (Partij van Nationale Eenheid) gevormd. Quisling zou later de leider worden van de Noorse regering die lippendienst bedreef aan Nazi-Duitsland. Vele Noren, waaronder ca. 60.000 leden van de Partij van Nationale Eenheid, collaboreerden vol overgave met de nazi’s. Er ontstond een Noorse tak van de SS en er werden opleidingsinstituten gevormd waar honderden officieren uit omringende Scandinavische landen werden opgeleid, alles zonder noemenswaardige tussenkomst van de Noorse regering.
In 1941 werden in Oslo en Trondheim op de muren en ramen van joodse bedrijven teksten geklad als "Joden donder op naar Palestina".
Alle Noorse joden werden naar Auschwitz gedeporteerd; minder dan dertig overleefden de Holocaust.