Ik heb hier de krant Jedi’oth Achronot van afgelopen woensdag voor mijn neus liggen. In deze krant staan twee artikelen die in wezen niets met elkaar te maken hebben, maar toch een overeenkomst hebben. Een artikel gaat over de zangeres die het songfestival vertegenwoordigt, de ander over de tennisster nummer één van Israël.
Eerst een korte samenvatting van de artikelen. ‘Het enige wat mij echt kwelt bij het songfestival zijn de politieke vragen die mij gesteld zullen worden door de journalisten’, dit zegt zangeres Sarit Hadad voordat zij het land verlaat om Israël te vertegenwoordigen in Estland bij het Europese songfestival. ‘Ik bereid me daar goed op voor’.
Sarit zal gebruik maken van een tolk, haar Engels is niet erg goed en ze vindt het erg belangrijk om goed over te komen als vertegenwoordigster van Israël. Zij zal haar best doen om de aandacht te vestigen op haar muzikale capaciteiten en proberen om politieke vragen te vermijden. Wat is je antwoord op de volgende vraag: ‘Waarom heb je opgetreden voor soldaten in Jenin?’ Haddad: ‘Mijn antwoord is dat ik overal optreed waar ik gewild ben en waar ze van me houden. Ik heb ook CD’s in het Arabisch opgenomen en in Jordanië opgetreden.’ Volgende vraag: ‘Hoe kun je door gaan met zingen in een tijd waarin veel mensen gedood worden? Hadad: ‘Mijn antwoord zou zijn, mijn bestemming in het leven is mensen blij en gelukkig te maken, juist in de huidige situatie is dat dubbel belangrijk.’
Als dat nog niet genoeg is neemt Sarit exemplaren mee van haar CD’s die ze heeft opgenomen in het Arabisch en foto’s die zijn genomen tijdens haar optredens in Arabische landen.
Tennisster Anna Smasjnova staat op het moment 21ste op de wereldranglijst. Juist in deze moeilijke tijd voor Israël die accuut woordvoerders nodig heeft weigert Anna over politiek te spreken. Bij elk toernee waar ze aan deelneemt wordt haar over de situatie in Israël gevraagd. ‘Ik spreek niet over politiek’ is steeds weer haar antwoord. ‘Ik woon in Israël, maar probeer niet te denken aan wat daar gebeurt.’ ‘De laatste tijd is er in Israël kritiek geuit op het feit dat je niet over politiek wilt praten.’ Antwoord: ‘Ik heb besloten om mij niet in de politiek te mengen en ben ook niet van plan dit in de toekomst te gaan doen. Ik houd me bezig met sport en met niets anders. Ik ben tennisster en geen ambassadeur.’
Wat hebben deze twee hele verschillende vrouwen gemeen? Juist beiden willen alleen over hun talenten spreken, immers dat is hun beroep. Echter overal waar ze komen worden ze overvallen door politieke vragen. Ieder voor zich reageert op de voor hun beste manier. Om Israël te vertegenwoordigen is talent helaas in deze dagen niet voldoende; er word niet zuiver naar de prestaties gekeken. Heel erg jammer maar dit is de werkelijkheid waarin wij leven.