De aanslagen van april 2002 markeren een nieuwe dieptepunt in het vredesproces. Het politieke falen van Israëlische en Arabische leiders is hierdoor weer eens op pijnlijke wijze zichtbaar geworden.
De zelfmoordaanslag vond plaats in het Park Hotel in Nathanja, waar
mensen bijeen waren gekomen om de Seider-avond te vieren. De aanslag
heeft aan ten minste 21 mensen het leven gekost en meer dan 100 mensen
verwond, waarvan 18 nog in een kritieke toestand verkeren. Gisteren
werden in de nederzettingen Elohn Moreh en Neztarim nog 6 Israëliers
door Palestijenen om het leven gebracht.
Met deze aanslagen lijkt de hoop op een diplomatieke doorbraak in het
Midden-Oosten verder dan ooit. Het politieke falen van Israëlische en
Arabische leiders is hierdoor weer eens op pijnlijke wijze zichtbaar
geworden.
De Oslo-akkoorden waren in het leven geroepen om het vertrouwen tussen
Palestijnen en Israëliers op te bouwen. Met dit vertrouwen kon voor het
eerst uitzicht worden geboden op een vreedzame oplossing voor de
Palestijnse kwestie. De Palestijnse aanslagen op Israëlische burgers
hebben echter vanaf het begin van Oslo de politieke agenda bepaald. Men
lijkt nu alweer te zijn vergeten dat er ook ten tijde van de regering
Rabin regelmatig bloedige aanslagen op Israëlische burgers zijn
gepleegd.
Arafat is in de afgelopen jaren telkens weer gewaarschuwd voor het
desastreuze effect van terreur op de vredesonderhandelingen. Als
officiële leider van het Palestijnse volk heeft Arafat geen enkele
serieuze poging ondernomen om de rol van extremistische Palestijnse
groepering te minimaliseren. Hiermee heeft Arafat oogluikend de terreur
tegen Israël aanvaard en zich daarmee gediskwalificeerd als betrouwbare
vredesonderhandelaar.
Terreur werkt! Binnen een korte tijd is het Israëlische vredeskamp
verdampt. Israëliers radicaliseren in hoog tempo. Zo blijkt volgens
recent gehouden peilingen dat veel Israëliers het gedwongen vertrek van
Arabieren uit Israëlisch en bezet gebied toejuichen. Israël lijkt nu
alleen nog maar achter de feiten te kunnen aanlopen. Vijfendertig jaar
bezetting eisen hun tol en bieden de politiek nauwelijks nog
diplomatieke manoeuvreer-ruimte. Als bezettende macht zal Israël altijd
het tij tegen zich hebben. Het opgeven van bezet gebied lijkt op korte
termijn echter ondenkbaar. Extreme Palestijnse groeperingen zullen een
dergelijke handeling opvatten als een eerste stap in de richting van
een de gewelddadige overwinning op Israël.
Niemand die nog weet wat ons rest. Misschien toch maar een internationale interventiemacht?